De wedstrijd SC Botlek-Rozenburg, een subtopper in de vierde klasse E, was hoogst vermakelijk. Niet omdat er nou zo goed gevoetbald werd, want goed was het niet. Integendeel. Beide teams grossierden in balverlies. Soms leek het wel flipperkast-voetbal. Dan werd een bal met een foutieve pass ingeleverd bij de tegenstander, die was hem meteen weer kwijt, maar had hem onmiddellijk weer terug om hem dan gelijk weer te verspelen, enzovoorts, enzovoorts. Juist daarom was het 90 minuten lang toch vermakelijk om te zien, vooral ook omdat het hoogst onvoorspelbaar was wie er uiteindelijk aan het langste eind zou gaan trekken.
Natuurlijk werden er af en toe ook leuke dingen gedaan. Zo was de nummer 8 van de bezoekers, Xander Geveke, als hij met de bal aan de voet ten aanval trok, regelmatig een plaag voor de defensie van SC Botlek. Xander was een van de weinige spelers op het veld die een bal wel langer dan vijf seconden bij zich kon houden. Quincy de Lobel van de thuisploeg verspeelde de bal net zo vaak als alle anderen, maar hij maakte wel twee doelpunten en legde bovendien een balletje breed op de meegelopen Jayden Liefden, die daardoor simpel kon scoren. Quincy was door deze prima acties de beslissende factor voor de uiteindelijke 3-2 overwinning van SC Botlek, maar ik wil het op deze plek toch niet over hem hebben, maar een ploeggenoot van hem voor het voetlicht halen.
Dat is Tom Beker, die vier jaar geleden de overstap van Rijnmond Hoogvliet Sport naar SC Botlek maakte. John Stougje was daar toen nog trainer. Die zette Tom meteen in de basis, centraal achterin. Dat deed Johns opvolger Ed Ridderhof ook en John Kleijn, de huidige trainer, doet dat eveneens. Tom staat nog altijd centraal achterin en is daar het toonbeeld van de zichzelf wegcijferende speler, die zelf niet of nauwelijks opvalt, maar iedere wedstrijd opnieuw anderen beter laat voetballen. Ook Tom gaat wel eens in de fout, hij levert soms ballen in en zijn passing is niet altijd even zuiver, maar centraal achterin bij SC Botlek is hij wel degelijk een rots in de branding. Bij nader inzien overdrijf ik nu misschien wel een beetje; laat ik hem dan dus maar een rotsje in de branding noemen.
Dat betekent overigens niet dat SC Botlek achterin een ondoordringbare veste is. Eerder in het seizoen won Meeuwenplaat met 3-1 van Botlek, Hekelingen prikte er onlangs ook drie in en Rozenbrug wist afgelopen zaterdag twee keer te scoren. Aan een deel van die doelpunten zal Tom zeker schuld hebben gehad. En toch, ik zie hem graag voetballen.
Je zult Tom nooit spectaculaire dingen zien doen. Hij bijt zich vast in tegenstanders, die hem twee, drie keer voorbij moeten vooraleer ze van hem af zijn en dan plots duikt hij weer voor hun neus op. Dat merkte Rozenburgspeler Jasper Hoogwerf diep in de tweede helft. Op de doellijn van SC Botlek dacht hij na een duel dat hij eindelijk Tom Beker kwijt was, maar juist op het moment dat hij een voorzet wilde afleveren, stond Tom weer voor zijn neus. Die ontfutselde hem alsnog de bal. Het is die nimmer aflatende drang om tegenstanders ballen af te pakken en zodoende aanvallen te onderbreken, die ervoor zorgt dat trainers hem elke zaterdag opnieuw als basisspeler op het wedstrijdformulier zetten.
Met twee goals en een assist was Quincy de Lobel onbetwist de man van de wedstrijd, maar dat werd mede mogelijk gemaakt door het spel van Tom Beker, die achterin en buiten het licht van de schijnwerpers alweer veel nuttig werk afleverde.