Hooguit een paar honderd toeschouwers was zondagmiddag aanwezig bij de wedstrijd die TOGB op haar eigen sportcomplex Het Hoge Land in Berkel en Rodenrijs afwerkte tegen Quick uit Den Haag. Dat waren er veel te weinig, want gezien het spel dat de thuisploeg op de kunstgrasmat legde, verdient het elftal dat trainer Jonathan Jonk de wei instuurt, veel publiek. Het volk zou drie rijen dik rondom het veld moeten staan en de tribunes moeten uitpuilen.
Het eerste half uur gingen beide ploegen tegen elkaar op, met aan beide zijden nauwelijks uitgespeelde kansen, maar toen al was de spelopvatting van TOGB erop gericht om doelpunten te maken. En niet om ze te voorkomen, zoals bijvoorbeeld op het afgelopen EK alle ploegen dat deden, uitgezonderd Spanje. Die aanvallende spelopvatting is perfect op maat gesneden voor de voetballers die Jonathan Jonk tot zijn beschikking heeft. Zijn spelers denken aanvallend, maar bij balverlies jagen ze allemaal hun tegenstanders op.
Wat te denken van vleugelaanvallers Elmer de Vries en Mo El Yakoubi, die beiden heel rap zijn en regelmatig langs hun directe tegenstanders flitsen, maar ook het verdedigende werk niet schuwen als dat nodig is? Wat te denken van rechtsback Figo Eijgenraam, die van achteruit steeds met akelig precieze lange ballen zijn ploegmaten voorin de ruimte instuurt en zelf ook veelvuldig opstoomt met de bal aan de voet? Wat te denken van Talib Azaroiali, die weinig spectaculairs doet, maar o zo nuttig is voor zijn ploeg, omdat hij overal opduikt waar dat nodig is en nooit balverlies leidt? En wat te denken van de beweeglijke spits Adam Bensalah, die nooit opgeeft? Hij was het die goed anticipeerde, nadat Elmer de Vries vlak voor rust in de zestien van Quick opgedoken was en de bal tegen de keeper schoot. Adam reageerde meteen en dat betekende 1-0.
Elmer, Mo, Figo, Talib en Adam waren allemaal uitblinkers, de andere TOGB’ers scoorden ook allemaal een dikke voldoende, maar de beste man op het veld was voor mij de nummer 6: Jay Zandbergen. Die is ge-wel-dig goed en bovendien een zeer fascinerende voetballer om te zien.
Jay bestrijkt het hele veld. Vaak is hij aan de rechterkant in de weer, als mannetje achter of naast Elmer de Vries, die overgekomen is van Unitas en waarmee hij nu al een perfecte band heeft. Maar regelmatig is hij ook totaal ergens anders te vinden. Dan sprint hij achter Quick’er Boris van der Wiel aan, die met de bal aan de voet het veld oversteekt en diep op de TOGB-helft gevaarlijk dreigt te worden. Jay haalt hem in, deelt een slim duwtje uit en het gevaar is meteen geweken. En even later staat Jay aan de linkerkant van het veld, om vanaf die plek weer aanvallende initiatieven te ontplooien. Hij is 90 minuten lang overal en nergens te vinden. En het mooist van al is dat Jay zeer vaak wandelt en zelden sprint. En toch staat hij altijd op het juiste moment op de juiste plek. Hij is bij TOGB de spil waar alles om draait. Jay is een extra-verdediger, een extra-middenvelder en een extra-aanvaller in één en tussendoor wandelt hij van de ene kant van het veld naar de andere.
Ik heb genoten van TOGB. Genoten van al die wendbare, snelle jongens voorin, die klaarblijkelijk van hun trainer ook acties mochten maken. Genoten van de verdedigers die 90 minuten lang achterin de boel gesloten hielden. Maar het meest genoten heb ik van de 27-jarige Jay Zandbergen, die al zijn hele leven bij TOGB voetbalt en niet meer is weg te denken bij het eerste elftal.
Buiten het feit dat Jay een hele goede en ook slimme voetballer is, heeft hij ook nog extra kwaliteiten. Hij is constant bezig zijn ploeggenoten naar de juiste plekken te dirigeren. Een paar metertjes terugzakken, of juist drie meter naar voor lopen om ruimte te creëren, doorjagen als je even de bal niet hebt; het zijn allemaal aanwijzingen die hout snijden. Quick, dat zijn eerste competitie van ASWH gewonnen had, werd door het spel van de thuisploeg gedegradeerd tot een figurant, zeker in de tweede helft, toen in een mum van tijd de 2-0 en de 3-0 vielen.
De 2-0 maakte Jay zelf, uit een vrije trap, nadat Danté Roethof de doorgebroken Mo El Yakoubi had neergelegd, iets wat hem een rode kaart opleverde. Nog geen minuut later lag de bal alweer in het doel. Het was genieten geblazen. Het frank en vrij voetballende TOGB verdient veel meer toeschouwers dan er zondag aanwezig waren. Laat deze column dan maar een aanbeveling zijn.