Het nieuwe voetbalseizoen van de lagere klassen dan de Tweede, Derde en Vierde Divisie is in aantocht en dat is te merken aan de grote hoeveelheid oefenwedstrijden die er inmiddels al gespeeld zijn. Zo speelde GHVV’13 afgelopen zaterdagmiddag 24 augustus op het sportcomplex Guldenlandseweg in Geervliet tegen Zestienhoven. En was het de laatste proef van scheidsrechter Ralph Majenburg uit Brielle voordat ook voor hem de competitie van start gaat.
Volgens de Briellenaar verliep de wedstrijd rommelig en met name in de eerste helft waren er veel kleine irritaties. “Als het een competitiewedstrijd was geweest, had ik hier en daar wel een prent getoond in verband met commentaar op de leiding. De nieuwe regel met betrekking tot het praten was nog niet bij iedereen ingedaald. Verder was een redelijk gelijk opgaande wedstrijd waarbij GHVV’13 de gelukkigste was en wist te winnen met 2-1.”
De docent Nederlands bij Avicenna College Rotterdam werd op zijn veertiende lid van SC Voorne. “Ik heb daar lang gevoetbald in vooral de lagere teams. Voetballen vond ik leuk, maar echt getalenteerd was ik niet. Van lieverlee ging ik ook bardiensten draaien en wedstrijdjes fluiten. Later, toen SC Voorne en WRW gefuseerd waren tot VV Brielle, intensiveerde ik dat laatste en er kwam een verenigingscursus. Van daaruit stroomde ik in de KNVB-cursus en in 2016 was ik officieel KNVB-scheidsrechter.
Het voetballen zelf bij SC Voorne deed ik tot pakweg m’n 28ste. Toen ging het niet meer, vanwege te zwakke knieschijven die bij tijd en wijle aan de verkeerde kant van m’n been belandden.”
Het leiden van wedstrijd is iets wat hem van meet af aan goed afging. “Ik vond het leuk en hoorde om me heen dat het wel aardig ging. En toen ik de verenigingscursus had gedaan, smaakte dat naar meer. Ik wilde gewoon ook zien hoever ik op m’n 38ste nog kon komen. En nu fluit ik met veel plezier in met name de derde klasse standaard.”
Aan zijn debuut heeft hij geen actieve herinnering meer. “Dat was ergens eind jaren ’90 in een trainingspak en met een stopwatch in de hand. Ik weet wel dat het spannend was om dat die eerste keren te doen. Maar vooral leuk.”
En gaandeweg bouwde Majenburg meer ervaring op. “De beleving en mentaliteit is in mijn ogen niet veel veranderd, maar er is dan ook een groot verschil tussen het fluiten van wedstrijden in de B-categorie en de A-categorie, want bij de laatste is er over het algemeen meer sprake van zelfbeheersing. Wat betreft de entourage is het voor mij nu uiteraard meer en groter: bij sommige wedstrijden zijn er gewoon enkele honderden toeschouwers aanwezig. Met name bij nacompetitie of kampioenswedstrijden. Dat is in vergelijking met wat ik vroeger floot totaal anders.”
Majenburg merkt wel support op vanuit de KNVB, ook al zijn daar veranderingen in op komst. “Drie keer per jaar word je gerapporteerd. Op basis daarvan handhaaf je je, degradeer je of promoveer je. Vanaf dit seizoen is het toch een beetje anders, omdat het meer gaat om het begeleiden en minder om het beoordelen van de arbiters. Ook mag je nu zelf je zegje doen. Ik ben benieuwd hoe dat zal gaan, want ook voor mij is dat nieuw.”
De goedlachse fluitist ervaart ook dat clubs er moeite voor doen om arbiters te ontvangen en te begeleiden gedurende zijn aanwezigheid op het complex en op het veld. “Over het algemeen is dat uitstekend geregeld. Van begin tot eind wordt er prima voor je gezorgd. Uiteraard zijn er uitzonderingen waarbij je blij mag zijn als je in de rust überhaupt wat te drinken krijgt, maar dat maak ik zelden tot nooit mee.”
Omdat het afgelopen seizoen nog vers in het geheugen ligt wil hij best nog wel even terugblikken op wedstrijden die hem het meest bij zijn gebleven.
“Dat zijn er twee. De eerste was GDA – BMT. Ik ben toen zelfs door de KNVB gebeld, omdat de wedstrijd BMT – GDA na afloop uit de hand was gelopen en ze wilden dat ik de ‘return’ zou leiden. Er was zelfs een waarnemer van de KNVB aanwezig. Uiteindelijk heb ik een heerlijke pot gefloten met twee sportieve teams, op een afgeladen complex en met een 2-2 eindstand. Ik heb daar echt van genoten. De tweede was de laatste wedstrijd in de vierde divisie tussen de koplopers Quick Boys O21 en Zeeburgia O21 in het stadion in Katwijk. Het was heel simpel: de winnaar was kampioen. Er waren zelfs stewards en ballenjongens aanwezig. Die sfeer, de spanning en het leiden van dit duel waren echt hoogtepunten.”
Terugkomend op de nieuwe richtlijn dat spelers, trainers/coaches en bankzitters niet meer met de arbiters mogen praten, iets dat alleen is voorbehouden aan de aanvoerders, heeft Majenburg nog wel wat op te merken. “Als ik naar de voorbereiding kijk, ben ik bang dat het hier en daar een kaartenfestijn gaat worden. Ik ben zelf geen notoire kaartentrekker, maar heel veel voetballers gedragen zich nog exact hetzelfde als vorig seizoen. Het zal mij benieuwen of de regel gaat werken. Het idee is natuurlijk uitstekend. De uitvoering ervan, dat is een ander verhaal.”
Betaald voetbal fluitisten zouden positief kunnen bijdragen aan situaties die ook kunnen plaatsvinden in het amateurvoetbal. “Door consequent te zijn. Ondanks aanwezigheid van een VAR, 2 assistent-scheidsrechters en een vierde man, zie ik dat er soms gemarchandeerd wordt. En dan denk ik: voor amateur-scheidsrechters die het allemaal alleen moeten doen, is het een stuk minder makkelijk. Dan kunnen de arbiters in het betaald voetbal best wat rechtlijniger fluiten. Dat maakt het voor ons ook gemakkelijker.”
Volgens de Briellenaar zou de KNVB ook moeten bepalen dat amateurscheidsrechters eerst tijdelijk moeten stoppen of uiteindelijk definitief moeten staken als er bijvoorbeeld (herhaaldelijk) voorwerpen van achter de afrasteringen op het speelveld worden gegooid. “Als ik dat meemaak, stop ik de wedstrijd. Het is nota bene je hobby, dus als de sfeer in het veld naar is, of er wordt met voorwerpen gegooid, dan stop ik er (tijdelijk) mee.”
Er komen ook nieuwe regels aan bij de jeugd, door middel van een pilot. Daar gaat het om de zelfpass, het indribbelen/intrappen, de vijf minuten tijdstraf en/of het vliegend wisselen. “Ik vind dat de regels die er nu zijn, prima zijn en deze hoeven wat mij betreft niet te veranderen. Als scheidsrechter vind ik tijdstraffen een ramp, omdat je genoeg hebt aan wat er in het veld gebeurt en langs de kant om de haverklap wordt geroepen of de tijdelijk verwijderde speler het veld alweer in mag. Ook in die andere wijzigingen zie ik geen meerwaarde.”
Wel zou Majenburg nog een spelregel willen veranderen. “Ik zou niet weten hoe, maar de handsregel is en blijft discutabel. Wanneer is het nu wel en wanneer geen strafbaar hands? Als daar duidelijkheid over zou zijn, zou het veel discussie voorkomen.”
Terugkijkend naar het verleden wil hij één specifieke gebeurtenis het liefst vergeten. “Jaren geleden liep het eens helemaal uit de hand met spelers die met elkaar na afloop op de vuist gingen. Dat was echt vreselijk en geeft je een machteloos gevoel. Gelukkig is dat iets wat me daarna nooit meer is overkomen.”
Maar andere wil hij juist graag omkaderen. “Finales of nacompetitie-duels blazen, dat zijn wedstrijden die in je geheugen gegrift staan. Ook derby’s zijn altijd leuk. Als er maar iets op het spel staat, er belangen zijn, dan vind ik dat momenten en wedstrijden om in te lijsten.”
Naast het fluiten voor de KNVB, en af en toe voor zijn club, is Majenburg ook nog actief voor Scheidsrechters op Maat. “Ik train veelal voor mezelf, maar de wedstrijden en/of toernooien zijn ook ware conditietrainingen. Tot op heden kan ik het op mijn leeftijd prima bijbenen. Wedstrijden voor SOM dragen daartoe bij.
De verwachtingen voor het nieuwe seizoen zijn positief. “Het is mijn hobby, ik heb ook niet de illusie ooit een Champions League-finale te fluiten, dus mijn doel is vooral plezier. Ik merk alleen al aan de hoeveelheid aanvragen voor oefenduels dat de clubs aan me denken, dus zal ik het ook wel redelijk kunnen. Als het mogelijk zou zijn, zou ik best nog een groep omhoog willen richting de tweede klasse. Alleen is dat lastig: er zijn weinig promotieplaatsen en de jonge talenten krijgen vaak voorrang. Dus is plezier voor mij het belangrijkst.”
Oud-amateurscheidsrechter en sportcolumnist Egbert Egberts gaat wekelijks op zoek naar bijzondere verhalen van vrijwilligers, zoals arbiters en clubmensen, of gebeurtenissen in het voetbal voor VoetbalRotterdam. En doet daar op een luchtige manier verslag van in ‘Buitenspel’.