Ze waren dit seizoen al een paar keer bij clubs in deze regio op bezoek geweest om uitwedstrijden te spelen en afgelopen zaterdag waren ze opnieuw in deze contreien. MOC’17, een voetbalclub uit Bergen op Zoom moest op het veld van DVV’09 in Dirksland in de finale van de nacompetitie aantreden tegen DBGC. Inzet: een plek in de tweede klasse. Anders gezegd: de verliezer zou degraderen, want zowel MOC’17 als DBGC waren in dit seizoen tweedeklasser, hadden in het seizoen al tweemaal tegen elkaar gevoetbald, waren beide niet rechtstreeks gedegradeerd, maar gezien de eindstand op de ranglijst waren ze wel genoodzaakt om aan de nacompetitie te gaan meedoen.
MOC’17 wederom in de buurt, dus. Die gelegenheid om ze aan het werk te zien, wilde ik ditmaal niet aan me voorbij laten gaan. Want MOC’17 is de club waar ik vroeger zelf gevoetbald heb, totdat ik ging trouwen en in Spijkenisse ging wonen en werken. Dat is inmiddels bijna 45 jaar geleden en hoewel na zoveel jaren de kans zeer minimaal was, zou ik misschien nog wel een oude bekende tegenkomen.
Zoals altijd meldde ik me een dik uur voor de aftrap in de bestuurskamer en de eerste man uit Bergen op Zoom die even later zijn opwachting maakte, had een heel bekend gezicht. Ik ging even later naast hem zitten en sprak hem aan: ‘Jij bent toch Rob de Vos?’ Hij keek me verwonderd aan en knikte bevestigend. Toen ik hem vertelde dat ik heel lang geleden bij MOC’17 had gevoetbald en mijn naam noemde, ging meteen een lampje branden bij hem. ‘Jouw vader was toch politieagent?’ Dat klopt en daarna hadden we samen een geanimeerd gesprek over lang vervlogen tijden, over dingen die we toen gezamenlijk meegemaakt hadden.
In mijn tijd bij MOC’17 was Rob de Vos secretaris en zeer betrokken. Hij kende ook de spelers van lagere elftallen en ik was er daar eentje van. Ik was een paar keer met hem meegereden op weg naar uitwedstrijden van het eerste elftal en altijd hadden we het bij zulke gelegenheden over ons clubje, dat ons nauw aan het hart lag. Rob zat nog net niet dag en nacht bij de club, maar deed achter de schermen ontzettend veel en ik maakte toen met een maat van me het verenigingsboekje, dat elke maand verscheen. Schrijven zat me toen al in het bloed, haha. Nu, bijna 45 jaar later is Rob nog altijd bijzonder actief bij MOC’17. In de tussenliggende jaren is hij voorzitter geweest, deed daarna vrijwillig een stapje terug, maar bleef op de achtergrond nog altijd zeer betrokken bij de club en sinds 2019 is hij opnieuw secretaris. In die hoedanigheid is hij altijd aanwezig bij wedstrijden van het eerste elftal, ook als uitwedstrijden op het programma staan.
En zo tref je elkaar dus na 45 jaar weer eens een keertje. Omdat dat zeer wonderbaarlijk is, gaat deze column ditmaal niet over iemand uit de regio die VoetbalRotterdam bestrijkt, maar over de inmiddels dikbejaarde Rob de Vos, die al ruim 50 jaar een steunpilaar is voor de voetbalvereniging, waaraan hij zijn hart verpand heeft. Een clubman in hart en nieren. Met een paar tussenpauzes is hij 50 jaar bestuurslid. Wie doet hem dat na?
Het is niet meer dan terecht dat hij in de tussenliggende jaren tot erelid is benoemd, maar voor Rob was dat geen reden om op zijn lauweren te gaan rusten. Nog altijd is hij zeer betrokken bij zijn clubje, ook als ze de finale van de nacompetitie moeten voetballen. Tot zijn geluk en tot verdriet van alle DBGC’ers, die in groten getale aanwezig waren, trok MOC’17 uiteindelijk aan het langste eind. Ze wonnen met 3-0 en hoewel die uitslag toch wel een beetje geflatteerd was, was de winst voor de ploeg uit Bergen op Zoom dik verdiend.
Ze waren 90 minuten lang in staat geweest de weg naar Jeroen Sep af te sluiten, zodat hij nooit in stelling gebracht kon worden. Daarmee haalden ze de angel uit de aanval van DBGC en werd het een wedstrijd met weinig kansen, waarbij de strijd voornamelijk op het middenveld uitgevochten werd en de spelers van MOC’17 heel de wedstrijd lang loerden op een uitval van hun snelle mannen voorin. Dat had 20 minuten voor tijd voor het eerst succes en daarna scoorden ze nog twee keer.
Rob de Vos zag het nabij de dug-out van de Bergenaren allemaal met een tevreden gezicht aan en toen arbiter Mike Klaare voor de laatste maal floot, stond hij nog net niet te juichen. Ik weet zeker dat hij met een hele brede glimlach terug naar Bergen op Zoom is gereden en dat gun ik hem van harte. Alleen al voor hem is het fijn dat zijn club tweedeklasser blijft.
En DBGC? Dat zal ongetwijfeld zwaar teleurgesteld zijn dat ze tegen MOC’17 geen potten wisten te breken. Maar als die teleurstelling straks een beetje weggeëbd is, moeten ze zich toch ook realiseren dat er komend seizoen wedstrijden op het programma staan tegen De Jonge Spartaan, DVV’09, Den Bommel en Stellendam, allemaal clubs uit de buurt. Dat is toch ook heel mooi?