Je waant je in het buitenland als je een wedstrijd mag fluiten op Texel. Ik kan er over meepraten.
Medio jaren negentig werd ik als Woerdenaar door de KNVB aangesteld als invaller voor een ontmoeting tussen twee standaardelftallen tussen Waddeneilanders en vastenlandspelers. Ver buiten mijn normale gebied, dat meestal de Randstad, de kop van Brabant, oostelijk Utrecht, westelijk Gelderland en een stukje Flevopolder behelsde. Dit vooral omdat ik met openbaar vervoer reisde en alles wel bereikbaar moest zijn. En de KNVB plande je toen in waar je voorkeur ook wel een beetje naar uitging.
Ik kan me herinneren dat de club Texel’94 ooit bestond uit twee andere verenigingen. Texel’94 is een fusieclub die tot stand is gekomen door een samengaan tussen SV Texel en de Texelse Boys. SV Texel heb ik wel eens eind jaren tachtig gefloten in een ontmoeting met een vereniging uit Schagen. Het zijn clubs waar je als voetballiefhebber uit de Randstad weinig mee hebt, waarschijnlijk. Maar ik moet je zeggen dat de sfeer en gemoedelijkheid daar anders zijn dan de omstandigheden waarin we in het Westen meestal mee te maken hebben als arbiters.
Het is bovendien ook wel eens leuk om over te varen naar een stukje Nederland, dat niet alleen uit weidevelden, toeristische trekpleisters, vakantieverblijven en schapen bestaat. Als je er een keer bent, neem dan de tijd om het eiland te verkennen. Je zult verbaasd zijn over de diversiteit van vergezichten. En des te dichter je deze nadert des te verrassender zijn de ontmoetingen met de flora- en faunagebieden en de door de lokale bewoners daar verder vormgegeven openbare ruimten. Zeker als de zon er schijnt. En de wind uit zee je geen parten speelt.
Het terrein van Texel.94 ligt tegen het dorpshart van Den Burg aan. De hoofdstad van het eiland. Op loopafstand van het busstation. Ben er vorig jaar nog op de fiets langsgereden, toen mijn liefje en ik in het nabijgelegen De Koog vakantie vierden in een luxueus Roompot-chalet. Netjes onderhouden, zoals ik het destijds ook voor ogen had.
De wedstrijd van toen overigens eindigde in 3-3. Na een 1-1 ruststand voor beide clubs uiteindelijk voor beide een passend resultaat. Geen kaarten, geen wanklanken. Gewoon een lekker potje voetbal. Zoals het altijd zou moeten zijn, iets dat tegenwoordig – vooral elders – niet zomaar vanzelfsprekend is. En wat me verder nog van de organisatie van de wedstrijd is bijgebleven is dat iemand zo vriendelijk was om me na afloop even met de auto richting de veerhaven te rijden om de boot te halen naar de andere kant van de Waddenzee.
De terugreis naar mijn toenmalige woonplaats Woerden kostte me via Den Helder en Amsterdam nog ruim twee uren, maar dat mocht de pret niet drukken. Ik zou het zo weer doen, ook al bedraagt de reistijd vanuit mijn huidige woonplaats Gorinchem nu sowieso al zo’n drie uurtjes. Enkele reis.
Columnist Egbert Egberts floot bijna 42 jaar wedstrijden in het amateurvoetbal. Schrijft over wat hem boeit, wat of wie hem raakt, wat hem verwondert, wat hem ergens toe beweegt. Omdat het mag. Reacties? Mail naar info@voetbalrotterdam.nl.