Op 11 mei 2007 trad hij aan als voorzitter van NSVV en nu, bijna 15 jaar later is hij dat nog steeds. Arie Kruithof is in de regionale voetbalwereld uitgegroeid tot een bekende persoonlijkheid en omdat hij in zijn regeerperiode een aantal markante beslissingen heeft genomen, zoals het niet royeren of schorsen van een aantal digitaal verbale oproerkraaiers en het aanleggen van een zwarte lijst van spelers die vaak afschrijven, willen wij wel eens wat meer over hem weten. Waarom werd hij destijds voorzitter, waarom is hij dat nog altijd en wat heeft hij in de tussenliggende jaren allemaal meegemaakt? Arie trekt er bereidwillig een uurtje voor uit om op onze vragen antwoord te geven.
Hoe is het allemaal begonnen? Hoe is het gekomen dat je vijftien jaar geleden je aanmeldde als kandidaat-voorzitter van NSVV?
Arie: ‘Ik ben op 8-jarige leeftijd bij NSVV gaan voetballen en vanaf die tijd ben ik nooit meer bij de club weg gegaan. NSVV zit in mijn hart en in mijn ziel. In het eerste heb ik nooit gevoetbald, maar ik ben altijd een trouw bezoeker geweest van de wedstrijden van het eerste elftal, zowel uit als thuis. Nu nog steeds. Ik ben er altijd bij. Jaren geleden was ik een berucht lid van de vereniging. Ik was er namelijk eentje van de vijfde colonne, iemand die heel veel kritiek had op het reilen en zeilen van de vereniging en vanaf de zijlijn daar veel commentaar op leverde. NSVV had jarenlang in de top van het amateurvoetbal gespeeld, maar was inmiddels afgezakt naar een paar niveautjes lager en moest op zoek naar een nieuwe realiteit. Er werd in die tijd veel kritiek geleverd, maar niemand deed wat. Op gegeven moment realiseer je dat roepen vanaf de zijkant wel heel makkelijk is. ‘Als je iets wil veranderen, dan moet je zelf iets doen’, dacht ik en het idee om voorzitter te worden begon steeds meer bij me te leven. Maar ik zat in die tijd privé in een minder leuke periode. Mijn eerste vrouw overleed en dan komt de club echt op het tweede plan. Bovendien had ik een drukke baan als directeur van de Rabobank in het Westland. Daar gaf ik leiding aan vier- tot vijfhonderd man personeel. Omdat ik vanuit mijn netwerk heel veel contact had met het bedrijfsleven was ik in staat sponsorcontracten voor NSVV af te sluiten en dat heb ik dan ook gedaan. Samen met Teun Leeuwenburg en Wim van der Beek heb ik een sponsorcommissie opgericht en dat was een eerste stap om iets voor de vereniging te doen. En toen besloot de Rabobank haar strategie te veranderen. Alles moest centraler en de lokale kantoren kregen steeds minder bewegingsvrijheid. Daar was ik het niet mee eens, maar kon daar niets aan veranderen. Ik trok mijn conclusie en zegde mijn baan op. In mijn speech op mijn afscheidsreceptie legde ik uit dat ik drie dagen in de week voor mezelf zou gaan werken, één dag aan mijn gezin ging besteden en de vijfde dag van de week zou ik vullen als voorzitter van NSVV. Ik had dat nog niet aan mensen op de club gezegd, maar toen ik dat kort daarna aan het bestuur kenbaar maakte, stonden ze daar heel erg voor open. Theo van de Ent was een tijd daarvoor afgetreden als voorzitter, maar omdat er geen opvolger voorhanden was, was hij tijdelijk weer voorzitter geworden. Toen ik me aanmeldde als kandidaat-voorzitter besloot hij voorgoed terug te treden en werd er een algehele ledenvergadering belegd. In die vergadering werd ik door de leden verkozen tot nieuwe voorzitter.’
Wat was nou precies de reden waarom je voorzitter wilde worden?
Arie: ‘De club zit in je hart en daarom ben je bereid iets voor de vereniging te doen, ook al omdat je vanaf de zijlijn vond dat dingen anders moesten. Nu kan ik dat allemaal goed beredeneren, maar toen was het vooral een emotionele beslissing.’
Trad je als voorzitter aan in een zittend bestuur of had je toen al medestanders gevonden waarmee je een nieuw bestuur ging vormen?
Arie: ‘Nee, ik was alleen. Theo van de Ent trad terug en de rest bleef zitten. Na een jaar heb ik, gelukkig in goed overleg, afscheid genomen van een drietal bestuursleden omdat zij zich realiseerden dat we met het bestuur een andere, meer professionele richting op gingen. Ik wilde de club namelijk professionaliseren, maar ik realiseerde me wel dat we een vereniging zijn en nooit een bedrijf moesten worden. Maar alles moest wel strakker georganiseerd worden en we streefden er ook naar om zo hoog mogelijk te voetballen met het eerste elftal. Maar spelers zouden hier nooit betaald worden. In de jaren die volgden zijn er stapje voor stapje nieuwe bestuursleden bijgekomen en inmiddels is het een vaste ploeg, die al jaren bij elkaar is. Samen vormen wij een homogeen geheel, samen staan we, soms met de nodige interne discussies, achter alle beslissingen die genomen worden en allemaal zijn we het op de belangrijkste punten eens over de koers die we met de vereniging varen.’
Wat is die koers?
Arie: ‘Dat NSVV meer dan een voetbalvereniging moet zijn. Natuurlijk is de club een voetbalclub en moeten alle zaken die daarmee verband houden optimaal geregeld zijn. Maar NSVV is een dorpsclub en kan voor de plaatselijke gemeenschap meer betekenen dan alleen een plek waar gevoetbald kan worden.’
En daar neem jij als voorzitter het voortouw in? Bemoei jij je overal mee?
Arie: ‘Ik ben geen voorzitter om vanaf afstand dingen te zien gebeuren. Ik wil zelf ook dingen doen. Eigenlijk kan je het vergelijken met een generaal. Normaal leiden die hun troepen vanaf het achterland, ik sta als voorzitter altijd vooraan in de frontlinie. Ik doe zo veel mogelijk zelf actief mee. Dat is de aard van het beestje en past ook het beste bij mij. Natuurlijk doe ik het niet alleen, want NSVV is echt niet de Arie Kruithof Show. Dat wil ik wel benadrukken. Ik prijs me gelukkig dat er veel andere mensen zijn die zich ook voor de vereniging in willen zetten. Maar het klopt dat ik wel erg veel doe.’
Wat doe je dan allemaal nog meer bij NSVV?
Arie: ‘Naast het voorzitter zijn zit ik ook nog altijd in de sponsorcommissie. Ik ben lid van de businessclub, die veel activiteiten organiseert voor de leden van NSVV. Ik zit in de financiële commissie, dus weet heel goed hoe de vereniging er financieel voor staat. En ik ben lid van de technische commissie. Dat vind ik heel leuk, want voetbal is mijn passie en praten daarover geeft plezier en voldoening en ook het gevoel dat je lid bent van een voetbalvereniging. Al deze dingen doen geeft je kracht, maar die kracht is tegelijkertijd ook je zwakte. De valkuil is dan dat je vooruit loopt op de troepen, dat je altijd alles wil doen en overal bij aanwezig wil zijn. Dat moet je eigenlijk niet willen. Bovendien kost het wel erg veel tijd en energie. Ik ben jaloers op voorzitters die een vereniging meer op afstand kunnen besturen.’
Je zei daarnet dat NSVV meer moet zijn dan voetbalvereniging. Waaruit zou dat moeten blijken?
Arie: ‘Vlak voordat corona losbarstte heeft NSVV het voortouw genomen om in Numansdorp een dorpsberaad op te richten. Samen met maatschappelijke instellingen, met de andere verenigingen, met scholen, de middenstand en de kerken kunnen we samen iets doen voor de plaatselijke gemeenschap. Je bent als dorpje na de eenwording van de Hoeksche Waard meer op jezelf aangewezen en als je de krachten bundelt, kan daar iets moois uit ontstaan. NSVV heeft het plan gelanceerd en het dorpsberaad is er nu en heeft zijn bestaansrecht inmiddels al bewezen. Zelfs de politieke partijen komen met het dorpsberaad praten. NSVV bindt zo de lokale gemeenschap en dan is het heel mooi als je ziet dat voetballers van onze elftallen en jeugdspelers zich inzetten om eten rond te brengen voor bejaarden, dat ze mensen die slecht ter been zijn ergens heen brengen en dat ze zich op andere wijze positief inzetten. Op zekere dag werd ik gebeld door mensen van de kerkenraad. Vanwege corona zou er met kerstmis geen nachtmis zijn en ze vroegen of er op de club een mis gehouden kon worden zonder bezoekers, die digitaal uitgezonden zou worden. Geen enkel probleem natuurlijk. Graag. En toen kwamen ze met het verzoek of ik de schriftlezing wilde doen. Ik ben zelf helemaal niet kerkelijk, maar ook daarin heb ik toegestemd. Het was heel leuk om te doen en ik heb er heel veel positieve reacties op gekregen, ook van mensen die net zoals ik niet kerkelijk zijn. Het was een mooi voorbeeld van op welke wijze NSVV in het dorp iets kan betekenen, meer dan voetbalclub alleen.’
Dus ook hier heb je je voor ingezet. Hoe houd je het al die jaren vol?
Arie: ‘Om voorzitter te zijn moet je leiding kunnen geven. Je moet kunnen samenwerken, je moet vooruit kunnen kijken, samen met je medebestuursleden de strategie bepalen wat we gaan doen. Je moet als bestuurslid en als voorzitter binnen een vereniging ook autoriteit uitstralen. En je moet het natuurlijk vanuit je hart doen. Ik heb mijn hart verpand aan NSVV.’
Hoe staat de club ervoor?
Arie: ‘Heel goed. Financieel hebben we onze zaken op orde, ondanks de corona. Het ledenaantal is weer aan het groeien en niet alleen bij de jeugdleden. We zitten nu ver boven de 1000 leden. We hebben een prachtig complex, dat in de voorbije jaren volledig gerenoveerd is en er nu schitterend uitziet. De club had voor die renovatie maximaal twee ton begroot, ik stelde voor om alles veel grootser aan te pakken en uiteindelijk lag er een begroting van 1,8 miljoen. En dat is gelukt. Van de gemeente hebben we negen ton ontvangen, eenzelfde bedrag hebben we als club zelf opgehoest. Door middel van sponsoren en veel acties, zoals bijvoorbeeld het uitgeven van obligaties met 3% rente. Vooral dat laatste was een enorm succes en nu nog steeds.’
En dan zijn er altijd mensen met kritiek, zoals onlangs met hele nare opmerkingen, geuit op sociale media. Mooi is wel dat het bestuur daar meteen afstand van heeft genomen, met de daders in gesprek is gegaan en dat inmiddels de rust is weergekeerd.
Arie: ‘Na het plaatsen van die uitspraken op sociale media hebben we als bestuur meteen besloten die niet over onze kant te laten gaan. We hebben unaniem besloten om allemaal tijdelijk terug te treden en zijn daarna in gesprek gegaan met het groepje leden dat die uitspraken gedaan had. Ach, ik weet wel hoe dat gegaan is. Elkaar onder het genot van een biertje een beetje opnaaien en dan dergelijke uitspraken doen. Zelf heb ik vroeger ook wel eens uitspraken gedaan. Maar zo over de schreef ging ik nooit en dat was in dit geval wel wat anders, vonden we als bestuur. Het gesprek met het groepje verliep heel goed. Ze hebben vele keren hun excuses aangeboden en zijn weer in genade aangenomen. Nee, we hebben ze niet als lid verwijderd. Op deze manier er samen uitkomen was veel beter, voor hen en ook voor de club. Het bestuur is inmiddels weer aangetreden. Ik denk dat het uiteindelijk voor meer onderling begrip heeft gezorgd.’
En dan heb jij als voorzitter samen met je bestuur ook een zwarte lijst aangelegd van spelers van lagere elftallen die vaak afschrijven.
Arie: ‘Dat klopt. Veel elftallen stonden op zaterdag regelmatig met slechts negen of tien spelers en moesten alle mogelijke moeite doen om elders mensen op te snorren zodat er een wedstrijd gevoetbald kon worden. Dat gaf veel ergernis. We beleggen elk jaar een paar avonden om samen met de spelers van lagere elftallen allerlei zaken door te nemen en dit kwam op een gegeven ter tafel. De ergernis groeide en groeide en besloten werd om dit probleem aan te pakken. Met de aanvoerders hebben we een lijst opgesteld van voetballers die zich vaak afschreven. Die mensen hebben we de keus voorgelegd. Of ze zouden zich veel minder vaak moeten gaan afmelden, of ze zouden niet meer voetballen, maar als rustend lid wel aan de vereniging verbonden blijven. En in het uiterste geval, als er niks zou veranderen, zouden we afscheid van hen gaan nemen. Deze actie heeft heel goed geholpen. Er wordt veel minder vaak afgeschreven en elftallen hebben op zaterdag genoeg spelers om te kunnen voetballen.’
Laatste vraag: hoe lang blijf jij nog voorzitter?
Arie: ‘De algehele ledenvergadering is vorig jaar vanwege corona niet doorgegaan. Een van de agendapunten was om een commissie op te richten die op zoek moet gaan naar nieuwe bestuursleden en een nieuwe voorzitter. Niet dat wij van plan zijn binnenkort af te treden, maar als het zover is, moeten er wel nieuwe mensen klaar staan. Nieuw elan, enthousiaste mensen met nieuwe en frisse ideeën; de club zou er in de toekomst gebaat mee zijn. Die commissie is nog niet gevormd omdat die ledenvergadering niet doorgegaan is, maar als die dit jaar wel plaatsvindt, dan weten de leden nu al wat er onder meer besproken gaat worden.’