Dit seizoen won hij met zijn ploeg Rhoon de eerste twee competitiewedstrijden en de derde werd in de rust gestaakt omdat de scheidsrechter fysiek niet in staat was de 90 minuten vol te maken. En toen legde corona de competitie stil. Getraind werd er nog wel, later slechts in viertallen en vorige week kondigde de regering aan dat er alleen nog maar in tweetallen gesport mag worden. Voor voetballers nagenoeg niet te doen, dus ook bij derdeklasser Rhoon werden de trainingen stilgelegd. Kevin Stolk, de 34-jarige middenvelder, baalt als een stekker dat hij niet meer kan voetballen. Hoe hij als voetballer deze tijd vol coronamaatregelen ervaart, hoe hij zich fit houdt, daarover praten we en ook over zijn rol op het veld, als er wel gevoetbald mag worden.
Vorige week vertelden premier Mark Rutte en minister Hugo de Jonge dat er maximaal met twee mensen tegelijk gesport mag worden, met op elk moment inachtneming van anderhalve meter afstand. Bij Rhoon wordt er daarom niet getraind. Hoe houd jij je fit?
Kevin: ‘Ik denk dat ik met mijn broertje maar ga squashen. Dat hebben we vroeger vaak gedaan. Veel liever ben ik op het veld met een bal bezig is, maar dat zit er voorlopig dus niet in. Misschien ga ik af en toe wel een stukje hardlopen in m’n eentje, maar als er iets is wat ik niet leuk vind, is het dat wel. Dus heel vaak zal ik niet op straat gaan rennen, haha.’
Op het veld doe je dat wel. Ronard Venekamp, je trainer bij Rhoon, zegt dat je een dynamische middenvelder bent, een loopwonder. Kevin is een speler waar elke trainer blij mee is omdat hij zich altijd wegcijfert en in die rol heel veel energie steekt, zegt hij.
Kevin: ‘Leuk om te horen. Lopen in een wedstrijd is anders. Dan ben je niet helemaal alleen bezig. Je bent onderdeel van een geheel en samen probeer je er alles aan te doen om te winnen.’
Je bent al vele jaren basisspeler bij Rhoon. Wanneer kwam je bij de selectie?
Kevin: ‘Als eerstejaars B-spelertje mocht ik af en toe met het eerste meedoen. Oefenwedstrijden vooral, maar soms ook in de competitie. Edwin de Koning was toen trainer bij Rhoon. Een seizoen later stelde hij me vaker op en toen ik A-speler was geworden voetbalde ik ’s ochtends eerst met mijn eigen elftal en zat ik ’s middags op de bank bij het eerste. En mocht toen ook af en toe invallen. Toen ik senior werd voetbalde ik eerst een jaartje in het tweede en daarna werd ik doorgeschoven naar het eerste. Sinds die tijd speel ik altijd.’
Wel vreemd trouwens dat je op jonge leeftijd al regelmatig je minuten maakte in het eerste, maar dat je toen je senior was geworden eerst een jaartje in het tweede voetbalde.
Kevin: ‘Nu je het zegt. Dat is wel raar ja, haha. Maar ik heb daar toen helemaal niet bij stilgestaan. Ik zal Edwin de Koning nog wel eens om uitleg vragen als ik hem een keertje tegenkom. Nee, toen heb ik hem niets gevraagd. Voetballen in het tweede was ook leuk. Maar spelen in het eerste is natuurlijk nog leuker.’
Je bent vorige week 34 jaar geworden. Dan moet je al aardig wat officiële wedstrijden achter je naam hebben staan.
Kevin: ‘Ik sta nu op 392 wedstrijden. Als de corona vorig seizoen en dit jaar geen roet in het eten had gegooid, was ik de 400 allang gepasseerd.’
Omschrijf je rol eens in het elftal.
Kevin: ‘Dit seizoen was ik in de paar wedstrijden die er tot nu toe gespeeld zijn rechtermiddenvelder. Hoewel we op het middenveld met elkaar af en toe van positie wisselen, ben ik als rechtermiddenvelder vooral aan de zijkant in de weer. Nog altijd de boel aanjagen en druk zetten als de tegenstander de middenlijn overgaat, maar vanaf die plek moet ik ook mee naar voor gaan als de mogelijkheden er zijn. Voorzetten geven en ik kom nu ook vaker in de zestien.’
Heb je altijd die rol gehad?
Kevin: ‘Nee, in al die jaren dat ik bij Rhoon in het eerste voetbal ben ik onder meer rechtsbuiten geweest, tweede spits, twee seizoenen laatste man en ook nog drie jaar rechtsback. Van die plek ben ik afgehaald toen mijn broertje Michael daar kwam te spelen, want dat was de enige positie in de ploeg waar hij iets kon. Ik werd toen weer op een andere positie neergezet. Dennis Zaal was de eerste trainer die mij als verdedigende middenvelder opstelde. Dat deden alle trainers daarna ook altijd en Ronard Venekamp in de eerste jaren dat hij hier was eveneens. Veel trainers hebben altijd tegen mij gezegd dat ik op eigen helft moest blijven. De middenlijn oversteken, dat moest ik maar niet doen. ‘Daar kan je toch niets’, zeiden ze altijd. Ronard Venekamp denkt daar iets anders over. Onder hem ben ik rechtermiddenvelder dit seizoen en moet ik vaak mee naar voor. Hij vindt alleen dat ik vaker moet scoren, maar dat is en blijft wel lastig. In al die jaren in het eerste heb ik in totaal maar zes of zeven keer gescoord.’
Wat is leuker: speler als nummer 6 of als rechtermiddenvelder?
Kevin: ‘Op zes! Als verdedigende middenvelder sta je in het midden en kan je alle kanten op. Naar links, naar rechts, naar achter, naar voor; je bent dan heel vaak aan de bal of bij het spel betrokken. Ballen afpakken, de boel aanjagen, druk zetten, andere spelers ondersteunen. Je bent 90 minuten op die manier bezig. Ik ben dan heel de wedstrijd een soort Duitse sloper, een stofzuiger. Aan de zijkant is dat allemaal iets minder. Dan gaat het spel toch meer langs je heen, dan ben je veel minder bij het spel betrokken. Natuurlijk moet ik dan ook de boel aanjagen en druk zetten als de tegenstander de middenlijn overtrekt, maar dat is toch anders. Ik ben liever centraal op het veld bezig, maar als de trainer mij als rechtermiddenvelder wil gebruiken is dat ook goed. Want hij beslist.’
En nou maar hopen dat je snel weer mag gaan trainen en voetballen.
Kevin: ‘Voetballen kunnen we op zijn vroegst pas weer na de winterstop gaan doen, maar ik hoop dat er snel weer getraind mag worden. We zijn het seizoen met overwinningen op SC Botlek en DVO’32 goed begonnen, maar tegen Kethel Spaland stonden we met 1-0 achter toen de scheidsrechter niet verder kon. Maar dat gaan we nog wel rechtzetten, want hoewel we achterstonden hadden wij wel het betere van het spel. Het verschil met voorgaande seizoenen is dat we nu meer uitstralen dat we gaan winnen en dat we bij tegenslag niet snel het koppie laten hangen. We zijn nu meer overtuigd van onze kwaliteiten. Ik kan niet wachten totdat we weer kunnen laten zien wat we in huis hebben.’
En dat wil je nog vele jaren blijven doen?
Kevin: ‘Met mijn 34 jaar ben ik niet meer de jongste. Toch wil ik nog doorgaan, zeker zolang Ronard Venekamp nog trainer is bij Rhoon, want ik vind hem een goede trainer. Maar als hij weggaat, moet ik wel even nadenken wat ik dan ga doen.’
Jij vindt dat je een goede trainer hebt. Jouw plekje in het elftal is dus voorlopig verzekerd.
Kevin: ‘Haha.’
Glenn Kouwen jij kon er ook wat van 🙂
Erik Reijnders tikkie takkie reijnders