Na een verplichte coronastop wordt er eindelijk weer gevoetbald. Daar hebben we lang op moeten wachten, heel lang, maar gelukkig kun je nu weer wedstrijdjes bekijken en ook al zijn het nu nog oefenpotjes waarin veel uitgeprobeerd wordt, het balletje rolt weer . Bijkomend voordeel is dat je nu langs de lijn weer kunt kletsen met mensen die je al te lang niet meer gezien hebt. Marcel Smith is zo iemand. Marcel traint bij OHVV de Onder 19 en zit namens de jeugdafdeling in het hoofdbestuur van de vierdeklasser uit Oudenhoorn.
In een ver verleden was hij een prima keeper bij Nieuwenhoorn, dat toen nog op topniveau presteerde, bij SC Feyenoord, Capelle, Hellevoetsluis en ook nog bij FC Dordrecht. Bij die laatste club stond hij onder de lat tijdens de eredivisiewedstrijd tegen FC Den Bosch. Marcel heeft dus zo maar een eredivisiewedstrijd op zijn naam staan! Maar daarover zal je hem nooit horen snoeven, want Marcel is het schoolvoorbeeld van doe maar gewoon, dan doe je gek genoeg en daarom waardeer ik hem zo, ook al omdat hij vorig seizoen, toen de nood bij OHVV aan de man was, als 46-jarige nog twee keer het doel verdedigde in het elftal van trainer Mark van Os.
Marcel is een echte OHVV-man geworden. Heel veel dagen is hij op de club te vinden en niet alleen om zijn jongens van de onder 19 te trainen. Hij steekt ook anderszins de handen uit de mouwen. Naast zijn werk maakt hij schoon, hij ruimt op, verzorgt het veld en het omringende groen en deze zomer heeft hij met een aantal andere vrijwilligers de OHVV-kantine een facelift gegeven. Nieuwe vloer, gesausde muren; het ziet er allemaal puik uit. Marcel is dus zo’n man die al zijn vrije tijd in zijn clubje steekt.
Zaterdagmiddag stonden we samen te kijken naar de oefenwedstrijd die de hoofdmacht van zijn clubje speelde tegen het DRL van trainer Carlos Fortes, die voor en tijdens de wedstrijd stond te coachen alsof er een Champions League te winnen was. ‘Als jullie je niet aan de afspraken houden, word ik een klootzak’, voegde Carlos zijn spelers vooraf toe en tijdens de wedstrijd riep hij zijn manschappen toe dat ze niet moesten lopen te kutten achterin. Ik hou wel van zulke bevlogen trainers, zolang ze zich maar gedragen langs het veld en dat deed Carlos. Maar hij was wel bloedfanatiek en vergde het uiterste van zijn spelers en daar is niks mis mee.
Toch kon Marcel af en toe een grijns niet onderdrukken en samen moesten we soms glimlachen om de beleving van de DRL-coach. Ons oog viel trouwens ook op Roy Brinkman, de piepjonge keeper, die bij de Rotterdammers onder de lat stond en een paar keer heel vakkundig optrad. ‘Die jongen heeft wel wat’, zag Marcel, waarop ik aan hem vroeg of hij als ex-doelman altijd met een speciaal oog naar keepers keek. Hij antwoordde bevestigend en samen gingen we dieper in op de verrichtingen van de DRL-doelman, een tweedejaars B-keepertje nog maar, dat in de eerste helft speelde omdat de keepers van de selectie geblesseerd waren. ‘Maar hij traint al langer mee bij ons, hoor’, had zijn Carlos Fortes verzekerd, die dus ook wel weet dat hij een pareltje in handen heeft.
Toen Roy met de voeten een prima reflex had op een inzet die bij veel doelmannen vrijwel zeker een tegendoelpunt had betekend, wisten Marcel en ik het helemaal zeker: dat ventje is echt goed. In zijn voordeel sprak ook dat hij helemaal in het zwart gekleed was. Schoenen, kousen, broek en shirt; alles zwart. ‘Maar hij moet die kousen wel iets strakker omhoogtrekken, zorgen dat ze overal even hoog zitten. Nu zitten ze vooraan hoger dan achter’, vond Marcel. Geweldig was die constatering van hem en daarom praat ik zo graag met hem. Marcel heeft oog voor details en in hem vond ik zaterdag eens te meer een medestander. Net als ik is Marcel een liefhebber, eentje die het voetbal veel te lang heeft moeten missen. Ik zei het eerder al: gelukkig rolt het balletje weer. Zo komen Marcel en ik weer aan onze trekken.
Leuk stukje!!
Mooi stukje weer Jan!
Jij bent trouwens ook zo’n pareltje maar dan langs de lijn!