Als je met tweededivisionist ASWH tegen hoofdklasser Spijkenisse voetbalt moet je een hele wedstrijd laten zien dat je de baas bent. Zaterdag op het zonovergoten sportpark Jaap Riedijk was dat na rust lange tijd niet het geval, tot onvrede van trainer Rogier Veenstra die het vanaf een campingstoeltje naast de dug-out hoofdschuddend aanzag. ‘Wat zijn we in vredesnaam allemaal aan het doen’, mopperde hij een keertje in zichzelf. Het was volkomen terecht dat hij het spel van zijn ploeg in die fase van de wedstrijd bekritiseerde, want de aanvallers van Spijkenisse verschenen een paar keer heel dreigend voor doelman Stefan Kok, die met goede reflexen en dito reddingen zijn doel schoon wist te houden. En op een uithaal van William Darjij bracht de paal redding.
Tijdens een drinkpauze legde Rogier het nog maar eens een keer uit. Hij wilde meer beweging in zijn elftal, dat er gesprint werd en dat alle spelers hoog druk zetten als ze niet in balbezit waren en Spijkenisse aan het uitverdedigen was. Aan dit alles kun je zien dat Rogier gedreven is, het uiterste van zijn spelers verlangt en daar is niks mis mee.
Voor de wedstrijd had hij het al uitgelegd. Terwijl alle selectiespelers in een cirkeltje op het kunstgras zaten stond Rogier in het midden een betoog te houden. Een klein kwartiertje lang legde hij uit hoe hij zijn ploeg wilde zien spelen. Wat hij zei, sneed hout. Een van de dingen die hij vertelde was dat er veel bewogen moest worden, ook zonder bal. En dat er gesprint moest worden, iedere keer weer. ‘Heb het lef om eroverheen te gaan’, zei hij. Nou weet ik wel dat veel spelers niet altijd zitten te wachten op tactische uiteenzettingen van trainers, zeker niet als die heel lang duren, maar er was zaterdag geen enkele ASWH’er die er bij zat van ‘het zal allemaal wel’ en ‘hoe lang gaat dit nog duren’. Ze hingen allemaal aan zijn lippen.
Voor rust, toen de ene helft van de selectie speelde, de jongens die de donderdag daarvoor tegen Sliedrecht de tweede helft hadden gevoetbald, zag het er allemaal prima uit. Het elftal speelde compact, de linies sloten aan, er werd bewogen, ook zonder bal en met een zwabberbal had Willem Beuk Spijkenissedoelman Giovanni de Man het nakijken gegeven. Rogier stond af en toe wel aanwijzingen te roepen, maar meestal stond hij het spel van zijn voetballers tevreden te aanschouwen, de ene hand om zijn borst geslagen en de andere bedachtzaam aan de kin. Na rust, toen de andere helft van de selectie speelde, was het een stuk minder.
Rogier is geen schreeuwer langs de kant, hij is niet voortdurend aan het roepen en brullen. Maar hij ziet alles. Als Ismail Yildirim bij het kaatsen van een bal een keertje niet meteen doorbeweegt, reageert hij daar meteen op en dirigeert zijn flankspeler voorwaarts. Rogier is veeleisend, bloedfanatiek en heel ambitieus. Dat vertaalt hij naar zijn spelers, maar hij vergt ook het uiterste van zichzelf. Alleen al het op en neer reizen van zijn huis naar de club… Rogier woont in Middelburg en rijdt vier keer per week het hele eind op en neer naar Hendrik-Ido-Ambacht. Ik ken trainers die geen interesse hebben in een club op een half uurtje rijden van huis. Rogier draait er zijn hand niet voor om, hij legt bijna duizend kilometer per week af. Hij zal wel een riante reiskostenvergoeding ontvangen, haha. Je zou het ook investeren in jezelf kunnen noemen, want Rogier wil hogerop. In een interview heeft hij wel eens aangegeven dat ASWH voor hem hopelijk geen eindstation is. Ik hou wel van zulke trainers. Rogier heeft niet alleen een duidelijk plan voor zijn voetballers, ook voor zichzelf heeft hij het pad uitgestippeld. Voorlopig zit hij bij ASWH in de tweede divisie op de juiste plek. Uitdaging genoeg daar. Als de corona de competitie niet had onderbroken was de club ongetwijfeld gedegradeerd. Hij zal er met zijn spelers komend seizoen alles aan doen om dat te vermijden. Als dat lukt, levert hij met zijn spelers een puike prestatie, want ASWH heeft in de tweede divisie de kleinste begroting van alle ploegen. Als het lukt is zijn kostje gekocht, dan vestigt hij de aandacht nog meer op zich. Rogier is nog maar 32 jaar oud en dan wacht hem een mooie toekomst. Ik ben benieuwd of het hem gaat lukken.