Grote kans dat wanneer je een thuiswedstrijd van Slikkerveer bezoekt en je sportpark Reijerpark aan de Kastanjelaan in Ridderkerk betreedt, dat je dan een programmablaadje in je handen gestopt wordt door Leen Bode. Want Leen staat daar altijd als Slikkerveer thuis speelt. Op andere dagen is hij trouwens ook op de club te vinden. Hij staat dan niet bij de poort, maar is elders op het sportpark bezig. Of hij is binnen in de weer. Leen vormt bij Slikkerveer namelijk in zijn eentje de werkploeg. Kleedkamers schoonmaken, wc’s reinigen, de kantine een grote beurt geven, het complex opruimen; hij doet het allemaal. Iedere dag. Soms wordt hij daarbij wel eens geholpen door andere mensen van de club, maar volgens ingewijden komen die meer om te kletsen en niet om te werken. Bij Leen is dat precies andersom.
Niet lullen, maar poetsen; het zou zomaar het credo van Leen kunnen zijn. Letterlijk en figuurlijk. Hij zegt nooit zo veel, maar doet van alles. Hij is altijd bezig en dat is opmerkelijk, want Leen is van februari 1931. Hij is dus 87 jaar oud, een leeftijd waarop anderen noodgedwongen achter de geraniums zitten omdat lijf en leden het niet meer toelaten erg actief te zijn. Gelukkig heeft Leen daar geen last van. En gelukkig voor Slikkerveer is het ook, want als Leen niet meer zou kunnen komen, wie moet er dan voor zorgen dat alles schoongemaakt is en netjes opgeruimd?
Eigenlijk is het van de zotte dat er bij een best wel grote vereniging als Slikkerveer niet meer vrijwilligers actief zijn. Ja, alle clubelftallen hebben leiders en trainers, het bestuur is met 10 leden voltallig, er is een grote jeugdcommissie, de website wordt gerund en er is een activiteitencommissie, maar in de werkploeg is Leen de enige echte vrijwilliger. Bijna alle dagen staat hij er alleen voor. Niet dat hij daarover klaagt hoor, want klagen doet Leen nooit. Maar voor mijn gevoel wringt het toch wel een beetje. Waar zijn die anderen?
Het opruimen, schoonmaken en de boel op orde houden wordt bij veel verenigingen gedaan door een groepje ouderen, vaak zelfs door hoogbejaarden en nagenoeg overal zijn dat mensen die elkaar door en door kennen en tijdens het werken op de club samen veel lol hebben. Leen staat er dus alleen voor. Er waren wel meer leden in de werkploeg van Slikkerveer toen hij zich 12 jaar geleden weer als lid aanmeldde. Niet als voetballer ditmaal, maar als vrijwilliger. Hij wilde een handje komen helpen, want in de toenmalige werkploeg zaten mensen die hij goed kende en het leek hem leuk en gezellig om mee te komen helpen. Leen was al eens eerder lid van Slikkerveer geweest. In 1943, midden in de Tweede Wereldoorlog, toen hij 12 jaar oud was, meldde hij zich voor de eerste keer aan. Hij heeft een hele tijd gevoetbald, maar op zeker moment was hij geen lid meer. Weg bij de club is hij echter nooit geweest. Hij bleef altijd wedstrijdjes bezoeken, leerde er heel veel mensen kennen en stak achter de schermen af en toe een handje toe.
Toen hij weer lid was geworden, werd hij geleidelijk aan steeds actiever. Leen Bode was alle dagen op de club, want er was altijd wel iets te doen. Gezellig was het toen ook, want de werkploeg bestond uit mensen die goed met elkaar op konden schieten. Maar de werkploeg werd in de loop der jaren kleiner en kleiner, waardoor Leen nog meer werk ging verzetten. Nu is hij nog alleen over en doet hij eigenlijk alles. Leen is zogezegd de laatste der Mohikanen. Bij Slikkerveer zijn ze heel, heel blij met hem en andersom is Leen ook blij met de club want de voetbalvereniging SV Slikkerveer is zijn leven.
Buiten de club is hij ook nog actief in de jaarlijkse tocht van truckers, die dan een dag een verstandelijk gehandicapte in de cabine meenemen voor een rit door Ridderkerk en omgeving. Al een heleboel jaren is Leen begeleider op die dag. Een eenmanswerkploeg bij Slikkerveer alle dagen van de week en begeleider van verstandelijk gehandicapten tijdens de jaarlijks toertocht van truckers; er zijn mensen die om minder een lintje hebben gekregen.
Dit is de laatste column van dit seizoen. Als het balletje straks weer gaat rollen, pak ik de draad weer op. Iedereen een hele fijne vakantie toegewenst.
René Mollema