In november is hij 23 jaar geworden maar toch heeft Jordi Dijkshoorn al een heel voetballeven achter de rug. Als D-pupilletje begon hij bij Hekelingen, verkaste na een paar jaar voor een seizoen naar het Oud-Beijerlandse SHO, keepte vervolgens in de A1 van Spijkenisse en keerde toen terug naar Hekelingen, de club waar het allemaal begon en waar hij een plek in de selectie toegezegd kreeg.
Maar nog was dit niet het eindstation. Hij stond weliswaar als 18-jarig broekie onder de lat bij het eerste elftal van toenmalig derdeklasser Hekelingen maar wilde kijken of zijn plafond niet hoger lag. Hij reageerde op een oproep die SC Feyenoord op VoetbalRotterdam deed. De fameuze hoofdklasser zou van de zondag naar de zaterdag overstappen en zocht een stand-by achter vaste eerste doelman Patrick Bentem. Jordi trok de stoute schoenen aan en reageerde. ‘Ik meldde me aan als kandidaat’, blikt hij terug. ‘Ze zijn komen kijken en vervolgens mocht ik bij Hans Maus op gesprek komen. In die dagen stond er juist een column over mij op VoetbalRotterdam en Hans Maus zei dat hij die gelezen had en dat ze met mij in zee wilden gaan, ook al omdat ik in de wedstrijd die ze bekeken hadden een goede indruk had gemaakt. ‘Die had ik al bij je warming up’, zo zei Hans Maus. Mijn eerste wedstrijd in de voorbereiding op het nieuwe seizoen was tegen de profs van Feyenoord. Ik mocht de tweede helft keepen omdat Patrick die dag geblesseerd was. Stond ik ineens in het veld tegen mannen als Graziano Pellè. Ik heb dat seizoen een paar competitiewedstrijden gekeept en ook in het bekertoernooi stond ik in de goal. Samen met Mitchell Scheermeijer moest ik knokken wie achter Patrick Bentem de tweede man was. Het waren mooie tijden.’
Toch kwam er een eind aan die mooie jaren. Jordi had namelijk een opleiding als treinmachinist succesvol afgerond en kreeg een baan aangeboden. Een baan in de volcontinu. ‘Dat zou betekenen dat ik niet meer alle trainingen bij Feyenoord present kon zijn. Ik heb met de leiding om de tafel gezeten om te beslissen wat we zouden doen. Ik wist dat ze tevreden waren over mij, maar een baan als machinist komt maar één keer voorbij. Als ik die zou weigeren zouden mijn papieren verlopen en kon ik dat werk wel op mijn buik schrijven. Ik koos voor die baan als machinist, hoe jammer ik het ook vond om Feyenoord op te geven. Daar begrepen ze mijn keus en ze beloofden alle medewerking voor een overschrijving in de winterstop terug naar Hekelingen.‘
Zo keerde Jordi alweer terug op het oude nest. ‘Maar omdat de overschrijving toch nogal wat voeten in aarde had, heb ik de tweede helft van dat seizoen een beetje aangemodderd bij Hekelingen. Ik keepte een paar keer in het tweede, heb een wedstrijdje als linksbuiten gevoetbald in het eerste elftal en trainde als het uitkwam. Na dat half jaartje besloot ik lekker met vrienden te gaan ballen in het vierde. Maar ja, dat was het ook niet helemaal. Ik wilde toch meer en in het nieuwe seizoen mocht ik van trainer Ad Reijtenbagh aansluiten bij de selectie. Nu ben ik voor het tweede seizoen weer eerste keeper bij Hekelingen.’
Is die club dan nu het eindstation? Blijft Jordi nu wel op sportpark Het Spui? Hij is er nog niet helemaal uit. ‘Hekelingen is echt mijn cluppie’, zegt hij. ‘Ik ken er heel veel mensen, heb er veel vrienden, maak er veel leuke dingen mee. Het is echt een gezellige club, maar als het balletje gaat rollen gebeuren er toch te vaak dingen die ik niet zo prettig vind. We pakken namelijk veel te veel kaarten vanwege praten of voor het reageren op scheidsrechters of grensrechters. Vorig jaar kwam ik af en toe schor thuis van het schreeuwen naar mijn ploeggenoten om hen te kalmeren, maar daar ben ik mee gestopt. Het ging ten koste van mijn eigen spel. Maar dat betekent niet dat ik er niks meer van zeg. Dat doe ik namelijk nog altijd. In de kleedkamer, tijdens trainingen en soms ook nog tijdens de wedstrijd. En straks, tijdens het trainingskamp in de winterstop, ga ik het ook nog eens aankaarten. Wij hebben best een leuk elftal, er zitten heel getalenteerde voetballers bij en ik denk dat we zonder al die kaarten veel beter kunnen presteren. Ik wil punten en prijzen pakken maar op deze manier gaat dat er niet inzitten, vrees ik. Wij pakken veel te veel onnodige kaarten en halen te vaak ons zelf uit het spel. Ik wil dat dit verbetert en wil afwachten hoe zich dit gaat ontwikkelen. Ik wil de ploeg echt niet laten zakken, Hekelingen is mijn club, maar het moet beter. Ondertussen houd ik mijn ogen en oren open.’