Jeroen Rijsdijk, trainer van Excelsior Maassluis weet het zeker. ‘Wij worden dit seizoen door tegenstanders anders benaderd. Zij zien je toch als de landskampioen en zullen je dus extra scherp tegemoet treden. Daar moeten wij ons op instellen. Wij zijn niet van plan naast onze schoenen te gaan lopen en blijven ons eigen spelletje spelen: niet voor ons doel hangen, maar hoog druk zetten en er alles aan doen om te winnen. En dat hoeft niet per se met hoogstaand voetbal te gebeuren. Winst is het enige dat telt. Dat eis ik ook langs de zijlijn. Zo coach ik ook, desnoods op het irritante af, dat weet ik zelf ook wel. Ik hoop niet het hele seizoen zo te doen, maar als het moet, dan moet het. Winnen, dat telt. Ik kan er niet genoeg op hameren. De manier waarop, dat is van minder belang. Ik heb de indruk dat dit in Nederland wel eens vergeten wordt.’
De start van het seizoen heeft Jeroen al gemaakt. Zo werd de allereerste wedstrijd, thuis tegen VVSB gewonnen na een wedstrijd die eigenlijk het aanzien nauwelijks waard was. Hierna kwam de neerwaartse spiraal waarna Excelsior Maassluis zich weer van zijn goede kant liet zien. ‘Dat vond ik ook’, kijkt Jeroen terug. ‘Voor de neutrale toeschouwers is er toen niet veel te genieten geweest, maar ik denk dat de supporters van Excelsior Maassluis toch tevreden waren met de winst. Hoe dan ook wilde ik een betere start dan vorig seizoen. Wij mikken dit jaar op plaats 7 t/m 11. Dat is ons richtdoel. Gaandeweg het seizoen kunnen we dat altijd nog bijstellen, dat hebben we vorig jaar ook gedaan, maar 7 t/m 11, dat moet mogelijk zijn. Voorlopig doen we het goed met een vierde plaats als resultaat.’
Jeroen Rijsdijk vindt dat hij bij Excelsior Maassluis een goede selectie heeft, waarmee het prima werken is. ‘Wij hebben geen absolute toppers in huis, maar het materiaal is goed’, zegt hij. ‘Ik hamer op teamprestaties, op teamspirit en ik moet zeggen dat dat hier wel snor zit. Op het veld voelen spelers elkaar aan. Er is echt een fighting spirit, ook van jongens als Adair Veiga Lopes en Vincent van den Berg die het verschil kunnen maken. Wat mijn rol daarin is? Ik moet zorgen dat de ploeg scherp is. Dat iedereen gelijk fel is, vanaf de eerste seconde. Daar trainen we op. Aanvallen, verdedigen en omschakelen en dat allemaal met zijn allen. Daar moeten wij het van hebben. Zo moet er gespeeld worden.’