Mijn gesprekje met de volledige staf van Hellevoetsluis werd rond twee uur onderbroken door een zorgelijk kijkende André Goulooze, de verzorger van DBGC: ‘Kunnen jullie mij aan druivensuiker helpen? Ben dat namelijk vergeten mee te nemen.’ Bij Hellevoetsluis zijn ze gastvrij en staan ze meestal voor iedereen klaar, dus Goulooze werd op zijn wenken bediend. ‘Wij hebben dozen vol. Je kunt wel wat krijgen,’ kreeg hij dan ook te horen en hij kon meekomen naar de kleedkamer. Ik weet niet wat de DBGC-verzorger daar in zijn handen geduwd gekregen heeft, maar gezien het tempo en de handelingssnelheid van de bezoekers in de eerste 45 minuten, kan dat nooit dextrose geweest zijn. Eerder valium.
Hellevoetsluis had er voor gekozen om de kat uit de boom te kijken. ‘De eerste verdediger vandaag is onze spits, Wouter Besters’, hadden Edwin de Koning en Ergun Buga verteld voordat Goulooze langskwam. ‘Wij moeten er vooral voor zorgen dat we niet verliezen. Een gelijkspel is genoeg.’
In de eerste helft kwam DBGC niet van de grond. Normaal gesproken is het een ploeg die snel combinerend de aanval kiest, het ene driehoekje na het andere tentoonspreidt om dan plots met een lepe pass Jeroen Sep te lanceren, maar die snelheid, die nauwkeurigheid was voor rust ver te zoeken. Dat lag ten dele aan de opstelling van Hellevoetsluis, waarbij spits Besters als een volleerd verdediger elke opbouw van de bezoekers verstoorde. Het lag ook aan het ontzag dat de bezoekers hadden, zo leek het wel. Het lag eveneens aan de capaciteiten van de thuisploeg, die al snel een overwicht creëerde. Maar als ik verzorger Goulooze was, zou ik de druivensuiker nooit meer vergeten. Ik weet niet wat voor rommel hij zaterdag heeft gekregen, maar DBGC sneeuwde een beetje onder. Was te tam. Honderd procent kansen had Hellevoetsluis niet, maar de eerste 45 minuten waren ze wel de baas op het veld en ze waren met een paar ballen voorlangs dicht bij een doelpunt geweest.
In de tweede helft was alles anders. En dat kwam door één man: aanvoerder Mike Jacobs, die eindelijk opstond en zijn ploeg bij de hand nam. De thee in de rust had de ‘valium’ bij hem blijkbaar als eerste weggespoeld. Als een rots in de branding stond Mike centraal in de defensie en werd hij hoe langer hoe meer een klip waar elke Hellevoetaanval op strandde. Hij raakte nooit in paniek en speelde elke bal naar een medespeler. Niet breed of doelloos terug, zoals Ajax bij herhaling doet, maar voorwaarts. Naar Tim Mackloet of naar Bas Abresch, die de aanval voortzetten, of terugkaatsten op Mike, die in tegenstelling tot de eerste helft nu wel inschoof en mee opkwam. Mike Jacobs zorgde voor de omslag bij de bezoekers. Steeds beter kwamen zij in hun geliefde spelletje en de laatste 20 minuten van de wedstrijd waren ze zelfs de bovenliggende partij.
Toch bleef DBGC goed beschouwd ook toen nog onder de maat. Het spel van de ploeg van trainier Elzinga bleef te gehaast. Te onnauwkeurig. De finesse ontbrak. Hellevoetsluis kreeg nog een kans, maar de grootste was voor DBGC. Het had de beslissing kunnen zijn. Moeten zijn eigenlijk. Al bijna in blessuretijd kopte Micha Moerenhout leep terug op de inkomende Bas Abresch die ongehinderd in kon schieten. De bal ging langs de verkeerde kant van de linkerpaal…
De uiteindelijke 0-0 was al bij al een terechte uitslag. Saai was het zeker niet. Er waren twee ploegen aan het werk geweest die weliswaar niet vol op de aanval speelden en allebei een slag om de arm hielden. Maar beide ploegen wierpen uiteindelijk de schroom toch van zich af en gingen alsnog vol voor de 3 punten. Ik heb genoten van de tactische vondsten van beide trainers, maar het meest heb ik genoten van Mike Jacobs, die immer de rust bewaarde en onder alle omstandigheden het overzicht hield. Frank de Boer moet maar eens in Oude-Tonge komen kijken hoe een aanval opgezet moet worden. Dat begint achterin, met een snelle, accurate inspeelpass vooruit en een inschuivende man als Mike Jacobs. Mike kan de Ajax-trainer best wel voordoen hoe dat moet. De aanvoerder van DBGC moet dat alleen 90 minuten doen en niet enkel in de tweede helft. Zelf druivensuiker meenemen zal daarbij misschien wel helpen.