Hij flikte het donderdagavond weer, voor de finalist uit de hoofdstad. Kenneth Vermeer stopte een pingel en keepte best goed. Vanwege deze reddingen staan de hoofdstedelingen in de finale, nota bene in de Rotterdamse Kuip.
Bij Veteranen Twee van Excelsior Rotterdam hebben wij onze eigen Kenneth. Sinds Dennis van Eck, ja, inderdaad de minst goed voetballende broer uit het drietal Jos en Rene, de beide oud-profs, onze doelman Kenneth is gaan noemen, weten we niet beter meer. Deze voetballende fysiotherapeut vindt het wekelijks blijkbaar heerlijk om zichzelf te behandelen/ cq te verwennen, want elke wedstrijd stapt hij geblesseerd van het veld, maar dat terzijde. Eerlijk gezegd moest ik in de mailbox opzoeken hoe onze keeper in ‘het echt’ ook al weer heet. Patrick, luidt de door zijn vader en trouwe supporter gegeven naam van onze Kenneth. Onze goalie kwam vorig jaar bijna letterlijk uit de lucht vallen. Opeens was hij er en sindsdien komt de doelman wekelijks meedoen.
Dat we bijna onderaan staan in de laagste veteranenafdeling, dat is een vast gegeven. Dat we niet verder kunnen degraderen omdat alleen de G-afdeling op een lager niveau speelt, is een feit. En dus nemen we Kenneth niets meer kwalijk als hij weer drie houdbare ballen doorlaat, zoals afgelopen zondag. We hebben al immers jarenlang geen echte keeper en de surrogaatdoelmannen die wekelijks om de beurt het doel probeerden te verdedigen, deden het niet veel beter.
Maar onze eigen Kenneth stopte onlangs tegen een naaste concurrent ook een penalty en dat was heldhaftig. We juichten voor Kenneth, sloegen hem op de schouder en complimenteerden hem, alsof het de doelman van die club uit de meest criminele buitenwijk van Rotterdam was. Soms zijn we oprecht blij met zijn reddingen, soms kijken we de andere kant op. Kenneth geeft ons altijd volop aanwijzingen en zoals het een goed doelman betaamt, ligt de schuld na een tegentreffer altijd bij de verdedigers en anders bij de middenvelders of aanvallers. Scheldend a la Joop Hiele kijkt Kenneth dan aandoenlijk om zich heen. Kenneth is ook aandoenlijk. Draagt speciale schoenen omdat hij een beperking heeft aan zijn voet. Desondanks en dat valt hem alleen maar te prijzen, is Kenneth altijd aanwezig. Afgelopen zondag dwongen blaren hem om toch de tweede helft maar vanaf de kant te bekijken. Zijn vervanger (ik) kreeg vrijwel niets te doen, maar moest wel drie maal vissen. Kenneth ergerde zich zichtbaar, want die ballen zou hij wel hebben tegen gehouden, vast en zeker.
Kenneth is sinds Dennis van Eck hem dus van deze bijnaam/geuzennaam voorzag, een held. Een cultheld als het ware. A la Kiprich of in dit geval Ed de Goeij. Dat we Kenneth soms dollen, ligt voor de hand. Zo nam Dennis al keepershandschoenen met lijm mee, werden planken aangedragen om het doel dicht te timmeren en boden we al aan om allemaal in het doel te gaan staan zodat we eindelijk een keer de nul zouden houden.
Maar Kenneth ondergaat alle voetbalhumor vrolijk, alsof hij er echt van geniet. Bij Excelsior mag ik als gastheer namens het bestuur de scheidsrechters, hooggeplaatste gasten en bezoekende bestuursleden van de tegenstanders ontvangen in het stadion. Daarvoor mag ik tweewekelijks een deftig zwart pak dragen met wit overhemd en rode stropdas. Dat zijn de enige dagen dat ik zo’n stroppie draag. Kenneth vond deze outfit zo mooi, dat hij vroeg of dit te bestellen was bij de club. Wij speelden het spel mee en zeiden dat hj al wekenlang recht had op een clubkostuum en zijn maten door moest geven aan John van Tilburg, onze manager in alles bij Excelsior. John speelde ook mee en noteerde alle gegevens. Al wekenlang wacht Kenneth nu ongeduldig op zijn kostuum en we weten dat hij dit met verve zou gaan dragen. Zoals hij het keepersshirt van Excelsior ook met verve draagt. Kenneth is in korte tijd een clubman geworden. Patrick, voor ons ben jij de enige echte Kenneth, een tobdoelman.
Herkenbaar……
Na-aper !!!
Blijft een mooie column Cor .. Ben trouwens blij dat we niet kunnen degraderen naar de G afdeling … want ook daar zouden we gewoon onderin meedoen 😉