Een half jaar geleden schreef ik op deze plaats een stukje over Ed Voortmeijer, de sportjournalist met een groot hart voor het amateurvoetbal. Ed was onverwachts overleden. Afgelopen maandag bereikte mij van vele kanten het trieste nieuws dat Dick van den Polder, een oud-collega van Ed, eveneens was overleden. Maandag, tijdens mijn verblijf in Frankrijk, bekeek ik ’s avonds mijn mobiel en zag veel gemiste oproepen. Met daartussen de nummers van Excelsior en Feyenoord. De schrik sloeg me on het hart. Zou dan toch? Ja, het enigszins verwachte was gebeurd. Dick van den Polder had zijn laatste adem uitgeblazen.
Dick van den Polder was een markante en trotse Rotterdammer die in mijn ogen altijd recht voor zijn raap was, goudeerlijk en kritisch. Niet cynisch, wat velen denken. Nee, Dick had een mening en liet die weten.
Na de zomervakantie vertelde zijn beste vriend, Wim van Hemert, dat Dick in het IJsselland ziekenhuis lag. Hij was gevallen in Pniel, een verzorgingstehuis op de Oudedijk. Dick kwam altijd even langs op Woudestein, bij de club waar hij 199 duels speelde alvorens hij de voorkeur gaf aan een journalistieke loopbaan. Het duel met Sparta en dus de overwinning van zijn cluppie, zag hij van nabij. Daarna ging het helaas snel bergafwaarts met hem. Een week of zes geleden bracht ik hem een bezoek. In een klein kamertje, zonder uitzicht op de Oudedeijk en de woning van Ivo Opstelten, aanschouwde hij alleen nog de gordijnen. Dick lag in bed met een gebroken heup. Luier om omdat lopen niet meer ging. Maar toch wilde hij uit bed, de gang op en zelfs een dag later naar huis. Het was mensonterend om te zien. Iemand die nog kort geleden wekelijks op te tennisbaan stond, zijn vrouw in Rijckehove bezocht lag hier gekluisterd aan bed.
Bij Feyenoord tegen ADO Den Haag lichtte ik zoveel mogelijk oud-collega’s en sporters als Van Hanegem en Boskamp in over zijn zorgwekkende toestand met als gevolg dat Peter Houtman een dag later naar de Oudedijk ging. Van Telegraaf-journalist Marcel van der Kraan kreeg ik een telefoontje dat hij die dag ook zou gaan. Het was toevalligerwijs zijn verjaardag. Oud-KNVB-man en Excelsior-bestuurder Jaap Bontenbal ging ook langs en zodoende kon ik gelukkig nog iets terug doen voor de man die veel voor ons sportmensen heeft gedaan.
De man die vroeger over Vak S steevast schreef dat het Feyenoords engelenbak was, heeft het voetbal altijd kritisch beschouwd. EK’s, WK’s, bekerduels, saaie competierondes, het maakte voor hem geen verschil. Met Ed Voortmeijer en Dick mocht ik jaarlijks in de jury van het grote internationale jeugdtoernooi in de Kuip zitten. Dan genoot Dick, van de opkomende talenten. Maar hij was meteen al kritisch. We hebben zo grote talenten van Real Madrid en Bayern Munchen afgeserveerd die later wereldsterren werden. Ook dat vond Dick zo mooi aan voetbal. De speler of trainer in kwestie moest iets doen met zijn analyse en kritiek.
Precies negentien jaar geleden togen Jaap Deijbel, zijn latere vrouw Natascha, regisseur Henk en ik naar de Ardennen om na te denken over een nieuw voetbalprogramma voor StadsTV/Rijnmond. We zagen een bijzondere plek voor Dick van den Polder voor ons. Elke zondagavond op tv live terugblikken op het voetbalweekeinde. Op dat moment was het idee nieuw maar geld bleek het struikelblok. Nadien kreeg de inmiddels met schrijven gestopte Van den Polder alsnog zijn grote podium op radio en tv. Zo bleef Dick van den Polder tot kort na zijn 79ste verjaardag ons bestoken met zijn kritische blik op de voetballerij. Of het nu Van Gaal betrof of Beenhakker, hij benaderde iedereen gelijk. Dat was de kracht van Dick van den Polder. Scherp tot vlak voor zijn dood.
Altijd geboeid naar hem geluisterd,wat hij vertelde sneed hout.