Normaal gesproken krijg ik in de bestuurskamer van elke vereniging altijd een print van het wedstrijdformulier. Da’s makkelijk als ik later thuis een stukje in elkaar flans, want veel wat ik wil weten staat daar op. Toen ik zondag de bestuurskamer van Abbenbroek binnenstapte, zat elftalleider John Hoenderkamp juist achter de computer. ‘Kan ik straks een kopie van je krijgen’, vroeg ik hem. John murmelde wat, want hij was diep geconcentreerd aan het werk. Even later kwam zijn antwoord: ‘Dat zal niet gaan, want ik heb al een paar opdrachten naar de printer gestuurd en daar komt niets uit. Hij zal wel kapot zijn.’ Ook voorzitter Hans Brinkman kreeg het apparaat niet aan de praat. Het was uiteindelijk een bestuurslid van Stompwijk die het probleem oploste. In no time had hij het euvel gevonden: de stekker zat niet in de printer.
Lachen was dat. Ook John lachte hard mee en niet eens als een boer met kiespijn. Dat lachen was een opmaat voor steeds wisselende stemmingen van de elftalleider, later die middag. Abbenbroek moest winnen tegen Stompwijk om promotie naar derde klasse in de wacht te slepen, want die club had een beter doelsaldo. Spannend dus. John beleefde de wedstrijd vanaf de zijlijn mee, zittend op een bankje naast de dug-out. John zat daar in een achtbaan van emoties. Ik heb hem in allerlei geestelijke gradaties gezien die maar mogelijk zijn. Met de zenuwen gierend door de keel hopend op een doelpunt van zijn clubje. Bijna in staat van razernij, toen scheidsrechter Elidio Oliveira niet floot zoals John verwachtte. Luid jubelend toen de uitblinkende Abbenbroekdoelman Leon Bal tien minuten voor tijd een strafschop stopte van Nick Ammerlaan en diep teleurgesteld toen het na affluiten nog
steeds 0-0 was en promotie van de baan was.
Terwijl hij zich groot hield, troostte hij zijn verslagen spelers, die her en der uitgeteld op het gras lagen.
Nadat Abbenbroek het nemen van de verplichte penalty’s na afloop met 8-7 winnend had afgesloten, duurde het lang voordat John naar de kleedkamer terugkeerde. Toen was hij kalm en bedaard. Berustend ook. En reëel. ‘Het is jammer dat het niet gelukt is, maar zo spelend heeft Abbenbroek in de derde klasse niet veel te zoeken’, zei hij. ‘Misschien is het wel beter zo. Kunnen we volgend seizoen weer lekker bovenin meedraaien’, voegde hij eraan toe voordat hij in de menigte voor het clubhuis verdween.
Maar nog was het niet definitief over en sluiten voor Abbenbroek . Omdat naast de winnaars van de tien nacompetitiepoules er ook twee beste nummers 2 zouden promoveren, had Abbenbroek met vier punten en twee gewonnen strafschoppenseries misschien toch nog een klein kansje. Terwijl voorzitter Brinkman aan het telefoneren ging om overal de uitslagen op vragen en tevens te informeren naar het verloop van de afsluitende penaltyseries op de andere velden, zaten de Abbenbroekers nog steeds in zak en as, maar er gloorde een klein sprankje hoop. John hoopte dat ook, maar inwendig wist hij dat het over en uit was. Of zou het dan toch…..?
Een dik half uur later werden spelers en technische staf door Marco van Diën, de Sir Alex Ferdinand van Abbenbroek naar de kleedkamer gedirigeerd. John ook. Met het hoofd in de armen zat iedereen teleurgesteld naar de grond te staren. Dag promotie. Toen kwam voorzitter Brinkman binnen en barstte in huilen uit. Niet van verdriet, maar van vreugde. Als een van de twee beste nummers twee was Abbenbroek toch nog gepromoveerd! Het dak van de kleedkamer ging er net niet af en meteen werd een polonaise ingezet. Het feest duurde tot in de kleine uurtjes. Ik weet niet hoe laat John thuis was, maar dat zal vast heel laat geweest zijn.
John Hoenderkamp is een tijdje leider van het tweede elftal van PFC geweest. Na een pauze van een paar jaar dook hij bij Abbenbroek op en was daar tien jaar elftalleider van het tweede. Sinds 2 jaar is hij dat bij Abbenbroek 1. Met een beetje goede wil kun je zeggen dat hij 12½ jaar elftalleider is. De promotie naar de derde klasse is dus een mooie bekroning op zijn werk, dat hij zeker zal voortzetten. Maar al doet hij het nog 100 jaar, zo’n dag als zondag zal hij never nooit meer meemaken.
{loadposition ads}