Vier wedstrijden gespeeld, vier keer verloren, hoewel ze in drie van de vier partijen de eerste goal scoorden. Eigenlijk was het vier keer, want tegen Botlek was het keeper Stefan van Ruiven die na een blessurebehandeling van een van de voetballers een toegeschoten bal van zijn voet liet springen, waardoor het leer tergend langzaam en met veel effect in eigen doel hobbelde. Het zit promovendus Zinkwegse Boys vooralsnog niet mee in de derde klasse. Je gaat je afvragen of ze nog wel kunnen lachen op De Beijerse Polder; reden genoeg om op zaterdagmiddag eens een kijkje te gaan nemen als de mannen van trainer Ed Kruythof het op moeten nemen tegen Bernisse, dat vorig seizoen eveneens één klasse lager speelde. Het eerste wat ik zag toen ik het sportpark opwandelde was een voetballer die luid scheldend het veld af liep. Dat beloofde niet veel goeds en ik bereidde me al voor op een naargeestig middagje.
Het bleek een voetballer van het tweede van de Boys te zijn. Dat team had een veilige 3-1 voorsprong tegen Rijnmond Hoogvliet Sport 4 uit handen gegeven, dus het getier was enigszins verklaarbaar. Maar tegelijkertijd kon je je afvragen hoe het moest gaan als het eerste tegen Bernisse onverhoopt mocht verliezen. Dan zouden de rapen helemaal gaar zijn, toch? Ik zocht een veilig plekje langs het veld en zag vervolgens hoe de thuisploeg onder een stralend zonnetje aan de warming up begon. Met strakke gezichten liepen de spelers zich warm, maar naarmate de tijd verstreek, werden ook de gezichten van de boys uit Zinkweg meer en meer zonnig. En plots werd er breeduit gelachen. Men sloeg elkaar bemoedigend op de schouder en grapte onderling nog wat. Vol goede moed verschenen ze aan de aftrap.
Binnen no time bleek dat ze bij Zinkwegse Boys de moed nog niet hebben opgegeven. De bal ging vanaf de aftrap naar achter, terwijl linksback Martijn van Zuuren de diepte in spurtte. Ronald van Ruiven werd aangespeeld en in één beweging legde hij de bal over een afstand van zeker 40 meter akelig precies in de voeten van Van Zuuren. Dat deed Ronald later in de wedstrijd nog een paar keer. Terwijl veel van zijn ploeggenoten bij wijze van spreken de plaggen uit het veld liepen en het voornamelijk moesten hebben van hun inzet, was Ronald bij de Zinkwegse Boys een speler die iets meer in zijn mars had. Zijn verre trap is fabelachtig goed. Van op 30, 40 meter afstand legt hij de bal panklaar op je stropdas.
Ronald is een jongen van het dorp. Hij speelde bij de Boys in de jeugd, kwam bijna vanzelf in het eerste, maar wilde het wel eens elders proberen. Hij wilde naar GOZ, maar die overstap kwam niet rond. Iets met overschrijvingspapieren die niet in orde waren, of zo. Het werd geen GOZ, maar wel ZBVH, waar zijn oude trainer Rob Ouwens aan het werk was. Vorig seizoen keerde Ronald terug op het oude nest en samen met zijn ploegmaten promoveerde hij na een enerverende nacompetitie naar de derde klasse. Maar dit jaar gaat het niet zo voortvarend. Ook zaterdag tegen Bernisse werd verloren, alle inspanningen ten spijt. En tot overmaat van ramp moeten Ronald en zijn ploegmakkers volgende week naar koploper Bolnes. Desondanks wordt er nog gelachen bij Zinkweg. Zelfs als Kruythof vanaf de kant aanwijzingen doorgeeft aan middenvelder Björn Lijten die hem niet meteen begrijpt, kan de trainer een grijns niet onderdrukken. Mooi om te zien is dat.
Na afloop van de wedstrijd tegen Bernisse blijft Ronald lang op het veld. Eerst ligt hij verslagen en volkomen uitgeteld op het gras. Later haalt hij samen met invaller Michael Vos verschillende spelmomenten nog eens voor de geest. Zoals die bal die van op een meter door Michael over het Bernisse doel wordt gelepeld. ‘Wij hebben geen geluk; dat is het’, constateert hij gelaten. Het is niet alleen geluk, Ronald. Het is ook scherpte, koelbloedigheid, slimheid. Vorig seizoen lukte het wel; dit seizoen nog niet. Maar niet getreurd. Zolang ze bij Zinkwegse Boys nog kunnen lachen en jij die haarscherpe ballen blijft versturen, is er nog niks verloren. Die punten komen heus wel.
{loadposition ads}