Een pocketvoetballer is hij. Gelukkig spelen ze bij SC Botlek hun thuiswedstrijden op egaal kunstgras, want op een oneffen veld zou het zo maar kunnen gebeuren dat Jubertien Mariana in een kuiltje tussen de grassprieten verdwijnt en voor een paar tellen totaal onzichtbaar is; zo klein is hij. Grof geschat meet hij ongeveer 160 centimeter, maar denk niet dat hij een spichtig, iel ventje is, dat je gemakkelijk aan de kant kunt zetten. Verre van dat. Jubertien is pezig en gespierd, sterk als een beer en met zijn korte beentjes kan hij verdomd hard rennen. Als er één voetballer is die aan de omschrijving ‘bonkig’ voldoet, maar dan in een mini-uitvoering, is hij het wel.
Bonkie noemen ze hem dan ook bij Botlek en die bijnaam had hij al toen hij nog op Curaçao woonde en daar tegen een bal trapte. Jubertien is kennelijk altijd klein en pezig geweest. Voetballen op het Antilliaanse eiland deed hij trouwens zo goed dat zelfs het grote Feyenoord uit het verre Nederland hem in de smiezen kreeg. Bonkie verhuisde naar Nederland, maar spelen bij Feyenoord is er nooit van gekomen. Hij meldde zich aan bij PSV Poortugaal, maar ook daar heeft hij niet of nauwelijks gevoetbald. Bonkie speelde op pleintjes en in sporthal Drenkwaard in Zuidland en het was daar dat hij in contact kwam met Ranvin Noor, die destijds bij Botlek speelde. ‘Als je zo graag wil voetballen, kom dan eens mee naar de training bij Botlek, want dat is best een leuk cluppie’, zo raadde Noor Bonkie aan. Het had goed gekund dat ze hem bij Botlek wilden indelen bij de C-pupillen, de allereerste keer dat hij er zijn opwachting maakte, maar toen Bonkie eenmaal aan een partijtje van de selectie meedeed, was men al snel overtuigd van zijn kwaliteiten. Zo’n voetballertje hadden ze er graag bij op sportpark De Brug.
We zijn inmiddels een jaar of drie verder en Bonkie is een alom gerespecteerde speler van SC Botlek, een speler bovendien die vaak van doorslaggevende betekenis is. Zaterdag in de laatste competitiewedstrijd thuis tegen Binnenmaas maakte hij twee bijna identieke doelpunten. Aangespeeld in de diepte stoof hij op doelman Erwin Fortuin af, werd door de verdedigers van Binnenmaas niet meer bijgehaald en deed twee keer het net bollen. Leuk voor Bonkie, maar hij had er voor rust eigenlijk vier moeten maken, want nog twee keer verscheen hij al spurtend alleen voor Fortuin, die toen wel kon pareren. Het missen van opgelegde kansen is het enige verwijt dat je Bonkie kunt maken, maar een kniesoor die daar op let. Er is namelijk een plausibele verklaring voor.
Bonkie werkt op onregelmatige tijden en moet daarom nog wel eens een training overslaan. Het kost hem de scherpte en de conditie, noodzakelijk om nog doeltreffender te zijn dan hij zaterdag al was. Bij Botlek rouwt daar niemand om. Bonkie is zo al goed genoeg.
Het mooiste moment zaterdag was toen verdediger Dave Leurs hem kwam feliciteren met zijn tweede doelpunt. Leurs is een enorm forse voetballer van bijna twee meter lang en even leek het alsof hij Bonkie met een paar schouderkloppen verpletterde. Het kleintje incasseerde de slagen met een stralende lach. Na een dik uur was het gedaan met Bonkie. Moegestreden nam hij plaats in de dug-out. Botlek – Binnenmaas was eigenlijk de wedstrijd van Patrick Hartman, de keeper van de thuisploeg die afscheid nam en door heel de club in het zonnetje werd gezet, maar ik heb het meest genoten van Bonkie, het kleine opdondertje, dat voor de duvel niet bang is.
{loadposition ads}