Afgelopen weekend was het meest opmerkelijke moment toch wel de derde goal van Capelle. De goal bleek door het zijnet in het doel te zijn gegaan, de goal werd echter wel goedgekeurd. VoetbalRotterdam.nl gaat met scheidsrechter Frank de Winter in een groot interview in op wie hij is, zal zijn kijk geven op de arbitrage van dit moment, zijn ambities zullen ter sprake komen en natuurlijk zal de Winter ingaan op het opmerkelijke moment dat zich afspeelde tijdens het duel TOGR-Capelle.
Wilt u allereerst eens iets over uzelf vertellen?
Ik ben zelf sinds 1986 lid van VV Haren, een vereniging in het noorden van het land, dichtbij Groningen. Ik ben daar opgegroeid en op mijn vijfde gaan voetballen in de F’jes. Ik heb in totaal in de jeugd 11 jaar gespeeld, tot ik op mijn 16e bij een val van mijn fiets mijn kruisbanden ernstig beschadigde en zelfs een van de banden verbrijzeld was en werd weggehaald.
Ik speelde toen in de B1 en dat was het vroegtijdig einde van mijn carriere als jeugdspeler waarin ik van spits tot rechtsback heb gespeeld. De vereniging bestaat sinds 1935 en het enige nog levend lid sinds de oprichting, Hendrik Nijboer, bracht mij ertoe om te gaan fluiten bij de club. Hendrik zelf, toen al ver in de 70 trainde nog wekelijks de E en F pupillen en floot op zaterdag. Zo kwam het dat ik in 1998 ben begonnen bij de vereniging als scheidsrechter.
Vanuit de vereniging werd het volgen van een cursus gestimuleerd en ik deed in het najaar van 1998 de cursus juniorenscheidsrechter waar ik de technische aspecten van het fluiten en een belangrijk deel spelregelkennis leerde. Na anderhalf jaar fluiten bij de club van de F1 tot A1, soms drie wedstrijden op een zaterdag, vond ik het tijd voor een vervolgstap. De clubs uit de buurt benaderden mij ook vaak en ik had al wat ervaring met ‘neutraal’ optreden. Via een versnelde SO3 cursus (tegenwoordig BOS) werd ik in het najaar 1999 officieel KNVB scheidsrechter. Voor de bond bleef ik tot 2001 fluiten bij de jeugd. Ik heb A en B jeugd wedstrijden gefloten op landelijk niveau en dat was een leerzame tijd. Als 19 jarige floot ik jongens van mijn eigen leeftijd die betaald voetbal zijn gaan spelen.
Na de winterstop van het seizoen 2001-2002 maakte ik de overstap van de jeugd naar de senioren. Het is dan of je opnieuw begint. Snel combinerende en technische A junioren zijn heel anders dan 4e klasse senioren in een dorp ergens in de klei. Mij eerste duel senioren was Haulerwijkse Boys – ONR. Een derde klasse derby op de grens van Drenthe en Friesland. Ik moest alle zeilen bijzetten om het duel tot een goed einde te brengen, maar met 7 keer geel lukte het om met een 1-1 eindstand van het veld te stappen. Ik heb vanaf die wedstrijd bij de senioren in de afgelopen vijf en een half jaar de groepen 4,3 en 2 doorlopen. Sinds 2003 was ik ook weer actief als voetballer. Ik heb drie seizoenen als keeper gespeeld in het 1e elftal van mijn club in de 4e klasse. De seizoenen daarvoor was ik onder meer assistent scheidsrechter, leider van de A1 en het 2e elftal en vrijwilliger binnen de club. Ik ben dus altijd op het voetbalveld te vinden!
Afgelopen jaar verhuisde ik van Groningen naar Scheveningen en kwam ik in district West II terecht. Mijn doel om op mijn 25e in groep 1 te fluiten moest dus vorig seizoen worden uitgevoerd. Ik ben opgemerkt als nieuw gezicht op de velden, want ik promoveerde eind vorig seizoen naar groep 1 landelijk. Zo floot ik mijn eerste wedstrijden als groep 1 man nog net voor mijn 26e verjaardag eind augustus.
Afgelopen zaterdag floot u TOGR-Capelle. Kunt u eens aangeven wat voor wedstrijd dit was om te fluiten?
Deze wedstrijd kreeg ik bij verrassing als aanstellling in de bus op woensdag. Ik had gerekend op een weekend vrij, maar voor een wedstrijd ben ik altijd te porren. TOGR had ik in de voorbereiding van dit seizoen al twee maal gefloten tegen RKAVV en VUC. In de beker trof ik ze bij toeval opnieuw tegen Alexandria ’66. Op naar een bekende dus. Capelle kende ik tot zaterdag nog niet. Op papier een mooi affiche, want de verenigingen liggen relatief dichtbij elkaar en er waren een flink aantal Capelle spelers richting TOGR vertrokken voor aanvang van dit seizoen. Dan weet je dat er meer speelt dan gewoon een wedstrijd.
In het veld kon ik de wedstrijd typeren als redelijk makkelijk om te fluiten. Er was respect aan beide kanten en veel spelers kenden elkaar en gingen vriendelijk met elkaar om. Samen met mijn assistenten Arie Koeman en Ron Ouwens had ik de zaak goed onder controle.
De 0-3 keurde u echter goed terwijl dit nooit had mogen gebeuren. De bal verdween via het zijnet in het doel. Waarom nam u dit niet waar?
Deze bijzondere situatie zal ik niet snel vergeten. Je neemt in de wedstrijd een beslissing gebaseerd op je waarneming van dat ene moment. In dit geval was dat voor mij een doelpunt. Een blik naar mijn assistent op de zijlijn leverde eenzelfde conclusie op. Deze beslissing was gebaseerd op waarneming en op ratio. Ik dacht op het moment van het schot en het volgende moment dat het net bewoog wel even “hmm, das een rare goal”. Ik heb het echter niet waargenomen dat de bal links langs de paal ging en toen door het zijnet, wat later bleek uit de beelden van Voetbal Rotterdam. Toen ik de bal achter Ruben Muskiet in het doel zag liggen was er maar een logische conclusie, gebaseerd op het schot wat ik zag, de keeper er overheen en een bal in het net: doelpunt!
{wmv}TOGR{/wmv}
Goal door zijnet wordt goedgekeurd door de Winter
De reden dat ik niet waarnam dat de bal er niet volgens de regels inging was mijn positie. Een van de belangrijkste aspecten om goed waar te nemen. Ik was nog halverwege het middenveld, dichtbij de situatie waar ik voor wilde affluiten. Toen ik het voordeel zag voor Van Katwijk en hij al snel de aanval voortzette, was ik net niet dichtbij genoeg om het harde schot exact te volgen. Zo kom je van een prachtige voordeelregel in een uitzonderlijke situatie. Je verwacht natuurlijk ook niet dat de bal er zo ingaat… Dat gebeurt 1 op de miljoen keer!
Beschouwt u dit als een grote fout van uzelf?
Ik beschouw het als een fout van mezelf, maar vind het niet zo groot om me hier zorgen om te gaan maken. Als scheidsrechter heb ik de eindverantwoordelijkheid voor het controleren van het speelveld. Dit is dan ook gebeurd zoals het altijd gaat. Voor de wedstrijd in de warming up, voor de aftrap door de assistent en voor de tweede helft nogmaals door de assistent. Toch gebeurde dit en je kan dan concluderen dat je een fout hebt gemaakt, want blijkbaar zat er toch meer ruimte in het net dan mijn assistenten en ik dachten. Het leuke van beelden achteraf is dat je geconfronteerd wordt met een objectieve visie die gewoon weergeeft wat er gebeurt. Je kan dan op een kritische manier je eigen handelen beoordelen en de zaken die je graag anders zou willen doen de volgende wedstrijd aanpakken. Voor mij betekent dit gewoon een extra grondige controle van de netten!

In het betaalde voetbal is er al jarenlang een discussie gaande over het toestaan van beeldmateriaal. Bent u hier een voorstander van?
Om eerlijk te zijn niet. Beeldmateriaal maakt het spel trager en ook een camera heeft een bepaalde invalshoek, net als de scheidsrechter iedere seconde een andere positie heeft. Je kan mijn inziens niet iedere situatie op het veld aan de hand van beelden analyseren.
Ik ben wel voor innovatieve oplossingen in het voetbal zoals een camera op de doellijn voor het wel of niet toekennen van een goal. Dat was bij TOGR wel handig geweest voor mij…, maar de charme van een wedstrijd is ook de voorzet van achter de lijn die wordt ingekopt en de altijd onterechte penalty in de laatste minuut. Er moet ruimte blijven voor discussie. Dat maakt de voetbalsport leuk. Als je over een seizoen van 22 wedstrijden kijkt en dan over een periode van 10 jaar, dan heb je als ploeg altijd wel eens de beslissingen van de scheidsrechter mee gehad, maar ook tegen. Ik ken het gevoel als voetballer dat de scheids een lul is, maar een wedstrijd over 90 minuten verlies je niet door een scheidsrechter. Beeldmateriaal gaat daar niets aan veranderen. Voetbal is een gevoel en dus emotie, geen ratio van een draaiende camera.
Veel mensen klagen over het niveau van de arbitrage. Wat vindt u hier zelf van?
Het niveau van de arbitrage is op dit moment zo goed als de spelers zelf verdienen. Ik zou het omdraaien. Ik heb de afgelopen jaren spelers gezien en gehoord, die zelf geen deuk in een pakje boter trapten, maar wel op iedere beslissing wat aan te merken hadden. Scheidsrechters die ik ken, voornamelijk jonge kerels in de hogere groepen, gaan hier goed mee om, maar het is niet altijd leuk. Er zijn echter ook vele andere scheidsrechters die hun hart hebben verpand aan de voetbalsport en met plezier in het weekend de wedstrijden op de lagere niveau’s fluiten. Veel mensen klagen dan wel over het niveau, maar over wat voor niveau spelers hebben we het dan? Je moet met 23 man op het veld zorgen dat je een leuke wedstrijd hebt en na afloop met plezier weer uitkijken naar de volgende week. Dat vraagt om respect en lol in wat je doet.

Zoals ik bij de vorige vraag al aangaf is voetbal emotie en je wilt winnen, dan is het ook verdomd lastig dat er zo’n vervelende vent de hele tijd jouw wil om te winnen terugfluit. Als speler was ik het tot nu toe ook niet vaak eens met de scheids, maar je moet het accepteren en verder gaan. Iedere seconde die je verspilt aan situaties uit het verleden, leidt je niet naar dat ene doelpunt verschil wat je nodig hebt om te winnen. Na de wedstrijd heb je alle tijd om op een normale manier de wedstrijd te evalueren en ik vind het persoonlijk altijd erg leuk om ook de visie van spelers en begeleiding te horen. Zo ontstaat er een dialoog en begrijpen mensen ook beter waarom je bepaalde keuzes maakt in het veld als scheidsrechter.
U fluit op relatieve jonge leeftijd al op een hoog niveau. Heeft u de ambitie om de top te bereiken?
Ik heb zeker die ambitie. Ik ben echter ook realist. De top is ook voor een scheidsrechter niet makkelijk te bereiken en het vraagt een flinke investering in tijd en geduld. Voor mij is het fluiten een hobby waar ik wekelijks veel tijd en energie insteek. Mijn insteek bij iedere wedstrijd is het leveren van een topprestatie waardoor spelers, begeleiding en publiek een leuke middag hebben. Als ik me kan onderscheiden door gewoon mezelf te zijn en onopvallend de wedstrijden tot een goed einde te brengen, dan is dat een stap in de goede richting. Als de KNVB daarin aanleiding ziet mij in het betaalde voetbal te laten acteren, dan is mijn ultieme doel bereikt. Ik wil het hoogst haalbare, pas dan ben ik tevreden. Ballen door een zijnet goedkeuren is nog geen teken van perfectie, ik blijf oefenen met veel plezier!